Een delegatie van bijna 330 man kwam bijeen om discussies te voeren over de laatste veranderingen bij de FEI en de toekomst. En dat ging niet zonder slag of stoot. Het debat opende over de oudste kampioenschap serie die de springsport kent. Sinds 1909 strijden landen in de Nations Cup tegen elkaar. En juist dit jaar wil de FEI er dingen in gaan wijzigen en dat ten ongenoegen van vele ruiters.
FEI president Ingmar De Vos onderstreepte in de discussie wel nogmaals zijn gevoel en insteek: “De FEI Nations Cup is zo belangrijk. Het is onderdeel van onze DNA en ik geloof dat de FEI iedereen altijd toont dat het onze belangrijkste serie wedstrijden is."
Panellid Steve Guerdat onderstreept die mening: “Het is misschien wel de belangrijkste wedstrijd voor een ruiter om aan deel te mogen nemen. Iedereen wil die ervaring opdoen het is voor latere kampioenschappen ook heel belangrijk. Het gaat om je land, daar ben je trots op!"I
Toch is er kritiek op de Nations Cup. Het zou te lang duren en mensen snappen het concept niet. Vooral voor het attractiever maken van de sport is dit een probleem. Maar moeten we dan alle geschiedenis en traditie de deur uit doen? Vele mensen aanwezig vinden van niet.
“Het zou te lang duren? Maar ik snap dat niet. Een voetbal wedstrijd duurt ook 90 minuten en 89 minuten daarvan zijn ook saai. Twee omlopen is juist wat de Nations Cup zo speciaal maakt" zegt Guerdat
De rest van de sessie over de Nations Cup verliep vervolgens goed. Er werd een debat gevoerd over het format, mogelijke wijzigingen en prijzengeld. Want vooral dat laatste kan met tegenhanger de GCL wel een boost gebruiken.
In de middag ging het er wat harder aan toe toen er werd gesproken over het voorstel van de Alliance of Jumping Organisers (AJO) die de harmonisatie van inschrijfgelden op de tafel had gelegd. Toch was hier al snel een overeenstemming dat de inzet gewoonweg economisch niet haalbaar zou zijn. Vooral met oog op het verschil in de verschillende (mirco) economieën binnen de paardensport overal ter wereld.
John Madden gaf in de discussie aan dat het niet de bedoeling mag zijn om ruiters op enorme kosten te jagen. De sport moet gezond en haalbaar blijven voor iedereen. Enkel dan krijg je draagvlak voor het grote publiek.
Het uiteindelijke besluit in de kwestie was: Er komt een minimum standaard en in de EU gaat het verhogen van de inschrijfgelden niet werken.
Naar aanleiding van de discussie over harmonisation kwam natuurlijk ook de vraag over het nieuwe CSI uitnodigingssysteem en de overeenkomst tussen de LGCT. Madden ondestreepte nogmaals dat paycards niet zijn toegestaan. Maar een opvallende kijker via Youtube vroeg"Als het geen paycard is, wat is het dan wel?" En daar sprong Stephan Conter op in als organisator van de Stephex Masters en Knokke. Hij vroeg: Maar mag ik als organisator dat systeem van de LGCT overeenkomst gebruiken voor mijn eigen wedstrijd?"
Daar werd het toch lastig voor de FEI die niet anders dan ja zeggen kon. Het "invite" systeem van de LGCT is namelijk totaal anders dan dat van gewone FEI wedstrijden. Op normale CSI's mogen paycards niet (veel) toegepast worden, terwijl de LGCT het toepast als zijnde "teams" die een teamfee betalen.
Nu de FEI openlijk toegeeft dat ook andere CSI's die optie zullen hebben krijgt de discussie of de paardensport dan niet een elitesport gaat worden weer extra impuls.
Alles wat besproken is staat dan ook nog ine zwart-wit op papier. Naar aanleiding van de twee dagen in Laussane worden voorstellen uitgewerkt die tijdens de FEI General Assembly besproken worden. Daarnaast is er nog mogelijkheid voor elke federatie om feedback te geven tot er gestemd gaat worden deze november in Montevideo (URU).