Lotte Van den Oetelaar neemt hengstenhouderij over: "In mijn ogen is Verdi de beste in heel veel opzichten"

Lotte Van den Oetelaar neemt hengstenhouderij over: "In mijn ogen is Verdi de beste in heel veel opzichten"

Het lijkt zo vanzelfsprekend dat een Van den Oetelaar een onderneming runt binnen de eigen familie. Zoals Lotte, dochter van Kees, nu officieel de eigenaresse is van Hengstenhouderij Van den Oetelaar. Samen met haar partner Tijn Vulders gaat ze hopelijk het eerste ‘normale’ dekseizoen sinds de corona-uitbraak tegemoet. Nieuws.horse sprak met Lotte en Tijn over hoe ze in de branche terecht zijn gekomen en wat hun plannen zijn voor de toekomst. 


Lotte is nu 25, moeder van twee kinderen Tijn van 2 en Mies van 8 maanden, en samen met hun vader Tijn woont ze in de boerderij naast de hengstenhouderij. Die voeren ze op basis van de vele hengsten van (schoon)vader Kees: in alle vroegte sperma vangen bij Stal Van der Vleuten waar enkele hengsten zoals Horizontal, O’Bailey en Q Chacco Blue staan en daarna thuis in Schijndel, dan de verwerking op het lab, de koerier rond 09.00 uur, het klantencontact, de bestellingen en de publiciteit.

Lotte had als dochter van zijn eerste vrouw een tijd lang geen contact met Kees: ‘Toen ik 16 was, ben ik eigenlijk pas hier gekomen. Drie jaar daarvoor was ik met een vriendinnetje bij Manege De Rekkendonken in Liempde om te kijken. Dat leek me wel leuk, maar dat kon ik net zo goed hier doen, dat was logischer. Bij Rien, mijn oom, ben ik toen gaan rijden op Manege De Molenheide, gewoon een keer in de week, en daarna al snel helpen, een ponykamp meedraaien en zo. Ooit kreeg ik er wat geld voor, ooit mocht ik een lesje vooroprijden, joh, het was al een eer als je bij hem op stal mocht werken! Ik was er heel lang niet geweest maar ons mam heeft me nooit weggehouden hier, daar ben ik haar dankbaar voor.’

Langzamerhand ontstond wel het besef dat Lotte het als professioneel springruiter niet direct zou gaan maken terwijl ze in de handel ook niet echt haar passie had. ‘Dat heb ik wel geprobeerd, mijn vader heeft me wel het paardenverstand geleerd en af en toe wel gestimuleerd maar ik heb het hart er niet voor. Een hengstenshow, mensen erbij, dat vind ik mooi. En thuis dressuurmatig de hengsten rijden, dat ging heel goed.’

‘Ons pap kwam toen met het idee om paarden te gaan insemineren. Ik heb het praktijkexamen Voortplantingsdiploma gehaald, theorieles van Ruud van der Linden gehad, de veterinair die met zijn paard verongelukt is. Zo is het begonnen, eigenlijk met Claartje Ruis en Arjan Bekkers, die veel samen met ons pap deden, vooral om de hengstenshow en de catalogus te combineren. Ik heb veel van ze geleerd. Toen het uit elkaar ging, zijn we hier voor onszelf begonnen.’ ‘We’ is samen met haar partner Tijn Vulders, erkend paardenman uit Heeswijk-Dinther, die nu nog zijn vader Tijn en zus Marieke steunt in de paardenbusiness Hazelberg met dit jaar 35 veulens.

Waar kleine Tijn nog in november geboren werd, was het met Mies iets lastiger in het afgelopen dekseizoen: ‘Om 3 uur ’s nachts kwamen we met Mies thuis die net een paar uur oud was, om half 8 ging de telefoon voor een sperma-bestelling. De kraamhulp zei: ik geef het wel even door dat ze jou in de gaten moeten houden, want je hebt officieel recht op verlof. We hebben het samen gerooid, Tijn en ik. Hij moest toch onderweg, sperma vangen, verwerken, en dan de verwerking en de administratie. Dat laatste was niet echt zijn ding, we hebben het opgelost met briefjes die ik overal opgehangen had. Ons mam is vaak hier geweest om onze Tijn bezig te houden, of pa en ma Vulders. Tja, verlof. Daar hebben de mensen het dan over maar midden in het dekseizoen werkt dat niet.’

Lotte en Tijn hopen dat ze nu toch echt een normaal dekseizoen tegemoet kunnen zien: ‘Wij proberen onze band met mensen zo persoonlijk mogelijk te houden. We rijden nog met een schouwhengstje rond, we lossen fouten of misverstanden altijd goed op, mensen kunnen altijd bij ons terug komen. Plus dat we adviseren om met een hengst te dekken, ik weet zeker dat wij niet dwingen. Ooit voel je dat mensen zich schuldig voelen als mensen iets vinden van een hengst van ons pap maar dat hoeft echt niet, ze kunnen bij ons allerlei andere hengsten bestellen. In mijn ogen is Verdi de beste in heel veel opzichten maar mensen mogen dat gerust anders vinden, geen probleem. Dat geldt ook voor de keuze voor het stamboek. Wij zijn natuurlijk van het AES maar mensen moeten echt helemaal zelf weten wat ze gaan doen.’

De aanstaande hengstenshow is iets om naar uit te kijken: ‘Ik hoop echt dat we weer een show kunnen doen, begin april. Voor de jonge hengsten zijn het twee moeilijke jaren geweest. Een filmpje is heel mooi maar de meeste fokkers willen de hengsten toch live zien en vinden een 1-op-1-gesprek fijn. We willen ze ook graag laten zien, met ouderwets volle tribunes. Horizontal, net goedgekeurd bij het KWPN, Willem Normandi de For Romance x Ferro-zoon die nu door Doris gereden wordt, O’Bailey van het Brouwershof, Q’Chacco Blue van Essene, maar ook Verdi of Hermantico, of High Five, de Casall uit Pialotta.’

De waardering voor de aanpak van Kees spreekt uit het verhaal van Lotte en Tijn maar toch: ‘We willen rustig aan opbouwen. En we gaan nog heel veel van ons pap leren, van allebei de kanten. Ons pap kan een veulen kopen, dat mensen hem zes jaar erom uitlachen, en dan staat daar een paard als Verdi. O’Bailey kocht hij met een stuk in de kraag, maar hij zag het goed. Hij kan heel rustig blijven met paarden die anderen al tien keer afgeschreven hebben. En toch wil ik niet helemaal zoals ons pap zijn. Ik wil er meer voor Tijn zijn, voor de kinderen, niet altijd met de paarden bezig. Voor Tijn geldt gelukkig hetzelfde: hij vindt het mooi om vaak op de weg te zijn, te insemineren, paarden te kijken, te kletsen met mensen, te handelen waar het kan. Maar hij neemt ook de oudste mee om koeien te voeren, dat vind ik mooi. Heel kleine dingen die kinderen waarderen, een beetje de boerenopvoeding. De kinderen staan op 1 bij ons allebei. En we realiseren ons heel goed: we hadden dit nooit kunnen doen als dit niet van ons pap was geweest.’