Carl Hester is een van de bekendste Engelse Olympische dressuurruiters en trainers. Hij vormt een team met onder andere Charlotte Dujardin. We combineren voor jullie acht tips van Carl Hester.
1. Een magneet tussen je hoofd en het plafond
Visualiseer jezelf in het zadel alsof er een magneet tussen je hoofd en het plafond zit. Ga dus altijd recht zitten en maak jezelf lang, je schouders naar achteren doen is minstens even belangrijk als recht zitten. Dit is een tip die Hester gaf tijdens zijn eerste clinic in Amerika.
2. Focus op draf
Verbeter je draf door uit een goede stap te vertrekken naar een draf. Slaag geen passen over en laat je paard ook niet te snel stappen. Carl Hester benadrukt ook dat hij liever een paard heeft met een goed temperament en geen bijzondere beweging dan een paard met een uitzonderlijke beweging maar geen goed temperament.
3. Laat het paard het werk doen
Wanneer je als ruiter vermoeider bent dan het paard na een training, is er iets mis. Om een elegante ruiter te zijn moet het paard jou dragen en niet omgekeerd.
4. Geef je paard rust
De paarden van Carl Hester en Charlotte Dujardin werken maximaal vier keer per week. Een paard heeft nood aan rust. Wanneer een paard een moeilijke periode heeft is het soms ook goed om het paard enkele weken rust te geven, dit is zowel lichamelijk als mentaal goed voor een paard.
5. Opwarmen
Opwarmen is zeer belangrijk volgens Hester, het beslist je hele training. Hester laat zijn paarden meestal nog 20-30 minuten op de weide voor hij ze traint. Het is goed om de paarden te laten stretchen voor je er op kruipt benadrukt hij.
6. Zijgangen
Zijgangen zijn gemaakt om je paard soepel te houden en te verzamelen. Een paard is een gymnast volgens Hester, daarom zijn zijgangen erg belangrijk in je training.
7. Overgangen
Dressuur draait om overgangen volgens Hester. Je zou minstens 200 overgangen per training moeten rijden. Elke soort overgang is uitermate belangrijk, of het nu van stap naar draf is of van een piaffe naar een passage. Een overgang moet altijd netjes gereden worden en mag nooit worden verwaarloosd.
8. Laat een paard, paard zijn
Zorg ervoor dat je paard een normaal paardenleven kan leiden. Hester benadrukt dat het super belangrijk is om je paard op de weide te laten en af en toe ook mee te nemen op een wandeling voor de afwisseling.
Bron: FEI