Ben Maher behoort al jaren tot het selecte rijtje ruiters dat de internationale springsport vormgeeft. Olympisch goud, wereldbekermedailles, successen in Global Champions-competities: zijn palmares groeit elk seizoen verder. Tegelijk blijft Maher opvallend nuchter over zijn carrière, de keuzes die hij maakte en de ambities die hem nog altijd vooruitstuwen.
Ben Maher heeft zich in het moderne springcircuit ontwikkeld tot een van de meest bepalende ruiters van zijn generatie. De Brit combineert een indrukwekkend sportverleden met een leven dat zich intussen deels in de Verenigde Staten afspeelt, waar hij zijn trainingsbasis verder uitbouwt. Met zijn olympische titels in Londen en Tokio, én de recente gouden teammedaille in Parijs, behoort hij tot de weinigen die op het hoogste niveau consistent zijn stempel drukken.
Maher geeft zelf toe dat zijn loopbaan niet begon als een succesverhaal. “Als jonge ruiter was ik helemaal niet zo succesvol,” geeft hij toe. “Ik was eind twintig toen ik pas écht begon door te breken.”
Die late bloei heeft hem gevormd. Maher lacht wanneer hij terugblikt: “Als ik één wens zou mogen hebben, dan zou ik graag weer jonger zijn, maar dan mét de ervaring die ik nu heb.” Het is typerend voor zijn perfectionisme, een eigenschap die hem heeft geholpen om olympische geschiedenis te schrijven.
Een emotioneel keerpunt blijft het Europees Kampioenschap van 2019. “Mijn mooiste herinnering en mijn grootste teleurstelling liggen zo dicht bij elkaar,” vertelt hij. Met het team behaalde hij brons, individueel zilver met Explosion W. “Ik moest foutloos blijven voor goud. Die balk op de voorlaatste hindernis… Ik voel dat moment nog steeds.”
Ondanks zijn internationale leven blijft Maher opvallend veel in Nederland actief. “Nederlandse concoursen horen tot de beste in de wereld,” stelt hij. “Ik ben verwend geraakt door de kwaliteit en organisatie. Ik kan me binnen die landsgrenzen geen slecht concours herinneren.” Hij reist regelmatig heen en weer om paarden te bekijken en waardeert de structuur en professionaliteit die hij daar vindt.
Zijn blik op de sport blijft kritisch en vooruitstrevend. Over nieuwe competitieformats zegt hij: “Niet elk concept is perfect. Locaties en planning moeten kloppen als je een wereldwijde competitie topklasse wil laten uitstralen. Er is nog werk te doen.”
Privé heeft Maher de afgelopen jaren eveneens een nieuw hoofdstuk geopend. De komst van zijn kinderen gaf hem een ander perspectief op zijn carrière. “Paarden zijn altijd mijn leven geweest,” zegt hij, “maar sinds ik vader ben, kijk ik anders naar mijn tijd en prioriteiten. Mijn gezin betekent alles.”
Ondanks zijn rijke erelijst blijft zijn drijfveer opvallend helder. “Ik ben niet bezig met wat ik al won,” zegt hij. “Ik kijk vooral naar waar ik dingen beter kan beslissen, beter kan voorbereiden. Dat is waar vooruitgang zit.” Toch blijft zijn sportieve honger intact. “Ik heb veel gewonnen, maar ik ben net zo vaak tweede geweest,” klinkt het scherp. “En ik wil altijd winnen. Dat gevoel gaat nooit weg.”
Zo blijft Ben Maher een van de meest indrukwekkende figuren in de springsport: gedreven, exact, ambitieus en tegelijk opmerkelijk bescheiden. Zijn carrière is verre van afgerond, als het aan hem ligt, begint het beste hoofdstuk nu pas.