Gemeente Landerd en paardenbedrijf Schaijk met elkaar rond de tafel over trainingen

Gemeente Landerd en paardenbedrijf Schaijk met elkaar rond de tafel over trainingen


Paardenstal Dutch Equestrian Estate uit Schaijk en de gemeente Landerd gaan vóór woensdag praten over de mogelijkheid om toch eventing-trainingen met paarden te houden. Dat is de uitkomst van een rechtszaak deze donderdag bij de voorzieningenrechter in Den Bosch. Komen ze er niet uit, dan doet de rechter uiterlijk 30 april uitspraak.


Het paardenbedrijf had de rechter gevraagd om op voorhand de dwangsom te blokkeren waarmee de gemeente Landerd had gedreigd na enkele eventing-trainingen in maart en begin april. Daar namen honderden ruiters uit het hele land aan deel. ,,Wij hebben in het weekend van 8 mei weer zo'n training en dan willen we wel duidelijkheid hebben”, zeiden eigenaar Thomas van Heel en zijn advocaat Toon Roelofs.

Geen evenement maar training

Op de eerste plaats is er volgens hen sprake van een misverstand: de term ‘eventing’ moet niet gezien worden als ‘evenement’. Eventing is gewoon een tak van sport in de paardenwereld: een combinatie van dressuur, springen en cross. De gemeente en de veiligheidsregio zijn bang dat wordt gezondigd tegen de coronaregels door veel extra reisbewegingen en mogelijke groepsvorming. Vandaar de dreiging met een dwangsom.

Boa's maakten foto's

De gemeente-boa’s bezochten in maart driemaal de trainingen op het terrein van Dutch Equestrian Estate, ze maakten daar foto's van deelnemers en -volgens de gemeente- van publiek. ,,Dat was geen publiek. Het zijn begeleiders van de deelnemende kinderen. Of instructeurs.” De gemeente beschouwde zelfs een moeder met een kinderwagen die even naar de verrichtingen van haar kind kwam kijken, als publiek. Volgens gemeentejurist Ali Gencalioglu had zij buiten het hek moeten blijven. En mannen die met de handen in de zakken op het terrein stonden, waren volgens hem geen begeleiders maar toeschouwers.

Rugnummers

En er was wél sprake van een wedstrijd: de deelnemers droegen rugnummers. Van Heel en zijn advocaat legden de rechter uit dat de deelnemers rugnummers droegen om ze gemakkelijk te kunnen identificeren.

De gemeente Landerd kondigde eind maart een dwangsom aan, waar Van Heel bezwaar tegen maakte. De reactie op dat bezwaar belandde pas op vrijdagochtend 2 april in de bus van Van Heel, net voor aanvang van het trainingsweekend. ,,Onbeschoft en schofferend", vond Van Heel. Volgens de gemeentejurist kwam dat door ziekte van een medewerker, maar was de inhoud van de brief 's maandags al telefonisch meegedeeld. ,,Met een mondeling besluit kan ik niks”, reageerde advocaat Roelofs.


Bron: bd.nl