Engelse wortels

De moeder van Hello Jefferson komt oorspronkelijk uit Engeland. Bernard Mols blikt terug op het begin van dit opmerkelijke verhaal:

“Ik heb zo’n twee à drie jaar gereden bij Malcolm Pyrah. In die periode reed ik ook enkele van zijn paarden, en hij begeleidde me. In mijn laatste jaar daar bracht ik Hovis – de moeder van Hello Jefferson – mee uit Engeland. Ik kocht haar via Malcolm. Met die merrie reed ik het Belgisch kampioenschap en zat ik in het B-team. Ze presteerde op hoog niveau.”

De merrie Hovis was in Engeland geregistreerd met enkel een identificatiedocument, maar via het Belgisch Warmbloedpaard (BWP) kreeg ze een officiële registratie. Haar vader, Irco Mena (Irco Marco x Ballymena Park v. Menelek xx), was één van de invloedrijkste Zweedse hengsten van de jaren ’80 en ’90. Hij combineerde topsportprestaties met een blijvende impact in de fokkerij en leverde talloze internationale springpaarden tot 1m60-niveau.

Een merrie die uit de weide sprong

Bernard Mols herinnert zich nog goed hoe hij Hovis leerde kennen:

“Ik was 21 toen ik bij Malcolm was, in totaal drie jaar, terwijl ik ook mijn legerdienst deed. Malcolm vertelde me over een bijzondere merrie – Hovis – en raadde me aan haar te gaan bekijken. De eigenaar zei me toen dat de moeder van Hovis voortdurend uit de weide sprong. Als de omheining niet hoog genoeg was en ze wat aanloop had, sprong ze er gewoon over. Dat zegt iets over het karakter dat in die lijn zit.”

Eenmaal in België liet Hovis al snel haar kwaliteit zien, zowel in de sport als in haar karakter.

“Met Hovis heb ik zelf mooie resultaten behaald. Ik reed haar op het Belgisch kampioenschap en internationaal tot 1m50. Op de wedstrijd van Harrie Theeuwes werd ze uitgeroepen tot het beste paard van het concours, na drie dagen telkens in de top drie te eindigen. Als zevenjarige stond ze in de top tien van de nationale cyclus. Door haar kwaliteit besloot ik haar in te zetten in de fokkerij.”

Wat Hovis volgens Mols uniek maakte, was haar enorme ‘go’ – de tomeloze wil om te presteren. “Ze gaf die eigenschap ook consequent door aan haar nakomelingen. Zulke merries zijn zeldzaam. Op het hoogste niveau red je het alleen met paarden die diezelfde drang en wilskracht hebben.”

De combinatie met Cooper van de Heffinck

De kruising met Cooper van de Heffinck bleek doorslaggevend voor het succes van Hello Jefferson. “Cooper bracht overzicht. Waar de moederlijn enorm veel energie had, gaf Cooper de rust om die energie te kanaliseren. Dat zag je perfect terug in Hello Jefferson: zijn enorme go, gecombineerd met controle. Dat maakte hem bijzonder.”

Hello Jefferson viel zelfs als veulen al op. “Vanaf dag één liep hij achter me aan in draf, zonder halster. Alsof hij vroeg: wat gaan we doen? Dat was echt uniek.”

Cooper van de Heffinck stamt uit dezelfde Holsteiner stam als Quaprice Bois Margot (stam 504 – de beroemde Wella-lijn), die talloze internationale springpaarden voortbracht. Ook dat verklaart deels het genetische fundament van Hello Jefferson’s uitzonderlijke talent.

Een foklijn vol topsportpaarden

De invloed van Hovis leeft verder in de volgende generaties.

“Er zijn zeven of acht nakomelingen van Cooper van de Heffinck uit Hovis en haar dochters. De Cassini II-dochter Hovina bracht onder meer Mia van ’t Hulstenhof, die nu met Roy van Beek uitkomt en al een Grand Prix won bij de young riders in Valkenswaard. Uit diezelfde lijn komen nog meerdere nakomelingen van Cooper van de Heffinck, zoals Tiamo van ’t Hulstenhof en Ubelle van ’t Hulstenhof.”

Zelf bleef Mols ook met deze lijn fokken én rijden.

“Hovina, de Cassini II-merrie, heb ik tot 1m45 gereden. Nu heb ik nog enkele nakomelingen uit die lijn, onder andere een Cooper van de Heffinck van zeven of acht jaar oud en een Zirocco Blue-merrie. Daaruit kwam Oscar van het Hulstenhof, die in Eindhoven liep.”

De kwaliteiten die Hovis ooit onderscheidend maakten – energie, karakter en intelligentie – kwamen via Cooper van de Heffinck samen in Hello Jefferson.
Wat begon op het bescheiden Hulstenhof in België, groeide uit tot een internationaal succesverhaal dat zijn hoogtepunt vond in Calgary.

Daar, onder het zadel van Scott Brash, bewees Hello Jefferson dat dezelfde ontembare geest die hem als veulen al kenmerkte, hem nog steeds voortdrijft in de grootste arenas ter wereld.