De verhalen over de mensen achter de toppaarden, bijvoorbeeld de eigenaren, worden gewaardeerd. En terecht, zonder eigenaren geen topsport en hippische evenementen als het CHIO. Bovendien hebben ze allemaal hun eigen, bijzondere verhalen waarin de liefde voor onze edele viervoeters duidelijk naar voren komt. Na een eigenaar van een dressuurpaard (Leunus van Lieren) dit keer weer een bezitter van springpaarden. Niet zomaar springpaarden, de beste springpaarden van de hele wereld. We zeggen Maikel van der Vleuten, Verdi TN, O’Bailey …… Natuurlijk spraken we met Kees van den Oetelaar!
We spreken Kees van den Oetelaar bij hem op stal in Schijndel. Al bij binnenkomst in de kantine zijn we onder de indruk. Van de foto’s die in groten getale aan de muur hangen en we beseffen, vanuit deze stal wordt historie geschreven, dit mooie stukje Brabant ademt paard.
1 JAAR DE PAARDEN GAZET AAN HUIS & EQU+ TOEGANG, nu voor slechts 99 Euro/jaar
Even voorstellen
Kees, bijna verontschuldigend: “Ik ben maar een gewoon mens van 62 jaar, maar wel een mens dat stapelgek op paarden is. Al mijn hele leven. Ik ben geboren in Brabant en woon daar nog steeds. Ik kom uit een paardenfamilie en al vanaf dat ik 14 jaar was, ben ik met niets anders bezig. Alles is voor mij begonnen met de KWPN hengst Concorde die inmiddels 39 jaar zou zijn. Ik kende hem al als veulen en heb hem gekocht toen hij 2 jaar was. Altijd ben ik op zoek naar paarden waarin fokkerij en sport samen komen. De sport is mijn alles, maar alleen sport is niet te betalen. Daarom zijn mijn sportpaarden vooral hengsten. Al bijna tien keer heb ik het beste paard van de wereld gehad en daar ben ik trots op. Het opleiden van een paard is moeilijk, als ze acht of negen zijn, wordt pas duidelijk hoe goed ze echt zijn. Over die sport betalen, daar ben ik de hele dag mee bezig, ik sta ermee op en ga ermee naar bed. Dat heb ik er echter graag voor over, na mijn familie zijn de paarden het belangrijkste in mijn leven. Naast paarden zijn mijn kinderen mijn hobby. Ik heb er zeven, maar ze zijn eigenlijk geen van allen echt paardengek. Misschien één van mijn dochters. Eric van der Vleuten sr. en zijn kinderen zijn daar goed mee, Eric rijdt al 40 jaar paarden van mij”.
Fouten maken
We gaan er later natuurlijk op verder, maar we willen meteen even weten of Kees inmiddels niet naast zijn hoeven loopt door alle successen van zijn paarden. Weer die verontschuldigende lach. Kees: “Nee hoor, zeker niet. Ik kan nog steeds genieten van kleine dingen. Dingen die met paarden te maken hebben, maar ik vind het ook mooi om te zien als mensen genieten van dingen die ze doen. Dat doe ik zelf ook. Ik ben bijvoorbeeld heel zeker van mijn gevoel met de fokkerij. Daarin durf ik zelfs tegen de stroom in te gaan, ook als iemand mij iets afraadt. Dat gevoel, dat ik soms heb, is niet uit te leggen. Niet alleen in de fokkerij ben ik zeker, eigenlijk in de hele sport. Zo ben ik van mening dat je als eigenaar niet te veel moet vragen van je paard en zijn ruiter. Dat geeft druk. In het verleden heb ik fouten gemaakt met hele goede paarden in opleiding en daar heb ik van geleerd. Zo was ik recent vier dagen in Deurne voor het NK springen en voordat Maikel van der Vleuten met mijn paard O’Bailey zijn laatste rondje had gesprongen, heb ik hem misschien twee minuten gesproken. Ja, mijn O’Bailey is onlangs Nederlands kampioen geworden en daar ben ik heel blij mee. Als hij in het laatste rondje een balk had gehad, hadden jullie hier niet gezeten, maar was ik even blij geweest met mijn paard.”
O’Bailey, zijn naam is genoemd. We vragen hoe hij bij Kees in zijn bezit is gekomen. Kees: “O’Bailey is een afstamming van de BWP hengst Darco, waar ik bezeten van ben. Ik was al een hele poos op zoek naar een goede nakomeling van hem. Ik durf te zeggen dat de Belgische fokkerij groot is geworden door Darco. O’Bailey komt ook nog eens uit een hele goede moederlijn waar maar liefst zes paarden uit voort zijn gekomen die 1.60 m springen en waarvan er zelfs drie op een Olympiade hebben gelopen. Ik was op een concours in Lanaken en in Opglabeek was een veulenveiling. Daar zag ik O’Bailey in de catalogus. Toen ik hem ging bezichtigen zag ik een mager en rauw veulen. Echter hij sprak me ongelooflijk aan. Zijn manier van bewegen, zijn hoofd, de manier waarop hij naast zijn moeder liep. Ik heb hem destijds gekocht voor 13000 euro, maar als hij 100.000 euro had gekost, had ik hem ook gekocht. Ik was zo ongelooflijk blij met hem, met een halve emmer champagne op ben ik terug gegaan naar Lanaken en tegen iedereen vertelde ik dat ik één van de beste paarden van de wereld had gekocht. Vanaf dat hij van zijn moeder af ging, heeft hij bij ons in de wei gelopen, hij was zo bijzonder voor ons, we houden net zoveel van O’Bailey als van onze kinderen.
O’Bailey
Voor de BWP hengstenkeuring ging hij naar Stal De Roshoeve van Eric van Laenen. Zoals bekend werd hij goedgekeurd. Maar toen hij de hengstencompetitie ging lopen, bleek dat te vroeg voor hem, hij was te onrustig. We besloten hem naar huis te halen en hebben hem in de wei gezet. We hebben geen paard in de leeftijd van drie tot zes jaar beter verzorgd dan O’Bailey. Hij was een paard van uur en tijd. ’s Morgens om 7.30 uur kreeg hij ontbijt, om 9.00 uur ging hij in de wei enz. Volgens mij heeft hij nooit twee minuten te laat zijn plakje hooi gekregen. Nadat ik het laatste nieuws had gekeken reageerde de hond en vervolgens O’Bailey, alles volgens een vast ritme. Toen O’Bailey drie jaar was, heb ik Maikel van der Vleuten beloofd dat het zijn paard zou worden en met die insteek hebben we hem zijn opleiding gegeven. We, want niemand heeft meer voor dit paard gedaan dan mijn vriendin.
Niet te koop
Inmiddels werd er veel voor hem geboden, als vierjarige zelfs al net zoveel als voor een Grand Prix paard, maar ik heb nooit getwijfeld, O’Bailey was niet te koop. Mijn vriendin is overal geweest met hem om hem ervaring op te laten doen. Toen kwam echter Corona en viel alles stil. O’Bailey was inmiddels 6 jaar. Met één van mijn zoons ging ik naar Eric van der Vleuten om te lessen en O’Bailey ging mee. Eric reed hem een paar keer en na de vijfde keer lag het paspoort van O’Bailey voorin de vrachtwagen. Met andere woorden, ik vond hem goed genoeg om te verhuizen. De bedoeling was dat Eric sr. hem ging rijden, maar dat werd jr.. Wat overigens ook heel goed ging.
Toen O’Bailey bij ons weg ging, kon iedere ruiter er 1.35m mee rijden. Hij was zo licht, zo comfortabel, zo fijn. Zelfs een para dressuur ruiter zou hem kunnen rijden. Ja, ik ben bezeten van hem. Wij thuis eigenlijk allemaal. Maikel was verbaasd op het NK, maar ik niet. Hij is nog jong, maar doet alles zo makkelijk, hij heeft zoveel aanleg als sportpaard, hij lijdt niet onder het werk. Na afloop van het NK, had hij zo nog een rondje kunnen springen”.
Verdi TN
Momenteel denken we aan O’Bailey als we de naam Kees van den Oetelaar horen. Echter natuurlijk is hij ook mede eigenaar van een eerder toppaard van Maikel van der Vleuten, de KWPN hengst Verdi TN. Kees: “Maikel en Verdi waren samen net een eeneiige tweeling, ze zijn samen opgegroeid. Maikel had niet in de gaten hoe gevaarlijk dat eigenlijk was, zo’n jochie met zo’n hengst. Altijd heb ik in hen geloofd, ondanks dat ik een volle vrachtwagen met commentaar heb gehad dat Maikel niet goed genoeg was en niet voldoende ervaring had. Verdi kocht ik overigens toen hij een half uur oud was. Zijn fokker was een goede vriend van me en ik kwam daar vaak wel twee keer per week.
Verdi TN vs O’Bailey
Het verschil tussen Verdi en O’Bailey is, dat de laatste meer aandacht nodig heeft, maar dat was geen probleem, omdat hij bij ons thuis groot is geworden. O’Bailey is overigens misschien iets comfortabeler voor zijn ruiter. Wel is hij iets meer kind dan Verdi. Hij hecht veel waarde aan zijn ruiter. Als de band daarmee goed is, is het einde van zijn kunnen niet in zicht. De overeenkomst tussen beide hengsten is dat ze beiden voor hun ruiter door het vuur gaan, maar dat je ze beiden niet moet dwingen, je moet ze in hun waarde laten. Ook gaan ze beiden graag op concours.”
7 opvolgers op stal
Geboeid luisteren we naar onze gesprekspartner. Hier spreekt een man met passie. Passie voor zijn paarden, geweldig om te horen. Kees: “Het is niet uit de drukken hoe mooi het is om eigenaar te zijn van zulke goede paarden. Die zondagmiddag op het NK, toen Maikel en O’Bailey de titel binnen hadden, dat was zo geweldig, dat is met geen pen te beschrijven en niet in geld uit te drukken. Ik weet het, het risico is heel groot, ik heb veel kapitaal in handen, maar het is het meer dan waard. Ik ben ook altijd bezig om voor opvolging van mijn toppaarden te zorgen. Momenteel durf ik te zeggen dat ik vijf, zes, misschien wel zeven paarden op stal heb waarvan ik zeker weet dat ze Grand Prix gaan lopen. Bezeten ben ik van het spelletje. Dat is overigens ook de enige reden dat ik mijn leven op deze manier leef, als ik het niet meer leuk vind, doe ik alles weg. Ik doe het voor mezelf en volg mijn eigen mening, ik geef niets om de mening van anderen, dat interesseert me helemaal niets”.
Grasconcoursen en boerenlogica
Over dat gras gesproken. Mijn droom is echt dat de paardensport kan blijven bestaan en dat opleiders de kleine concoursen niet vergeten. In mijn ogen zijn dat de allermooiste. Ruiters gaan de laatste jaren massaal naar De Peelbergen, Lier en Opglabbeek en naar die leuke concoursen op gras gaat niemand meer. Tenslotte wil ik nog graag tegen jonge ruiters zeggen dat ze moeten proberen om van de natuur te leren. Als dat goed zit en je hebt een beetje boerenlogica, dan kun je met een dier heel ver komen en samen heel veel moois beleven.”
Alweer zo’n boeiend gesprek met een paardenman pur sang. We zijn onder de indruk en hebben genoten. Dank voor alles Kees. Voor je tijd, voor je mooie woorden over ons concours, maar zeker ook voor alles wat je voor de Nederlandse springsport al gedaan hebt en ongetwijfeld nog gaat doen. Geef Verdi een dikke knuffel van ons en zeg tegen O’Bailey dat we ernaar uit zien hem in juni te zien in onze Rotterdampiste in het Kralingse Bos.
bron: dit bericht is een persbericht van CHIO.NL