Skip to content

Copyright

Tops & De Vos: "We moeten evolueren om de toekomst van onze sport te waarborgen"

Vandaag werd de pers uitgenodigd voor een presentatiebezoek aan Tops Stables in Valkenswaard voor de introductie van het nieuwe Global Champions Tour seizoen. Maar wat eigenlijk een feestelijke aangelegenheid moest zijn werd een flinke ondervraging van de pers. De reden is het akkoord dat Jan Tops en Frank McCourt onlangs bereikte met de FEI. Na een juridische strijd kwam er een onlangs een COU die bij de springwereld veel teweeg bracht.  Topruiters als  Steve Guerdat en voormalig topruiter, Henk Nooren roepen op om "Nee" te zeggen tegen de veranderingen, omdat onze sport er één voor de superrijken dreigt te worden. FEI-president Ingmar de Vos, die vanmiddag te gast was, kreeg een paar pittige vragen voorgeschoteld.  De pers vroeg zich af of De Vos en de FEI zich niet een "beetje verkocht" hadden nu er een overeenkomst gesloten is met de GCT en GCL. Vragen waarop De Vos een fel en scherp antwoord klaar had. "Bij de FEI zien we ons niet als verliezer. Ook wil ik het protest, zoals sommige het nu noemen, niet als zodanig bestempelen. " begon De Vos zijn betoog. "Bij veranderingen zijn er altijd voor en tegenstanders. De overeenkomst die wij met de GCT/GCL hebben is er één zoals we die met vele andere sportbonden hebben. Daarin was een harde eis dat de richtlijnen van de FEI gehandhaafd moeten worden.  Maar er zijn ook een aantal uitzonderingen in opgenomen,  die bijvoorbeeld de GCL mogelijk maakt. Dit is bijvoorbeeld voor de Nation Cup of Wereldbeker wedstrijden niet anders" Het grootste probleem waar de twee nieuwe "partners"  in de rechtszaak tegen aan liepen was de mededingswetgeving.  Die beschermde de GCL en haar team wedstrijd en zette de acties van de FEI om het te stoppen buiten spel. "We hebben uiteindelijk  besloten om nader tot elkaar te komen. En ik ben blij met de oplossing die we vandaag presenteren" Het grootste probleem waar de twee tegen aanliepen was het uitnodigingsreglement. En juist de oplossing is waar Guerdat en zijn vrienden zich boos over maken.  Het nieuwe systeem van de GCL houdt in dat er een stevige financiële input van sponsors moet komen om te mogen rijden.  Het jaarlijkse startgeld van een team bedraagt namelijk 2 miljoen euro. Een tweede harde eis van  Tops en Frank McCourt was het feit dat ze meer teams aan de start willen hebben, namelijk 20. Om dit mogelijk te maken moest de 60% regel op de schop, waardoor de GCL nu een vrijere hand heeft om ruiters "uit te nodigen". Hierdoor blijven er minder startplaatsen over voor  niet-team en wildcard ruiters. En ook dat is iets waar vele springruiters zich nu over opwinden. Onder andere Henk Nooren is van mening dat er geen plek overblijft voor de "normale ruiter". Of dat jong talent niet de kans krijgt zich te ontwikkelen. Onzin!, volgens Jan Tops. " Als harde eis hebben we in het reglement van de GCL opgenomen dat elk team ten minste één U25 ruiter moet hebben. Daarmee hopen we jong talent te kunnen binden aan een financiële impuls." Tops vervolgt, "Ons doel is om de sport te laten groeien. Om dit te bereiken moeten we innovatief zijn en dingen uitproberen. Mocht iets echt niet werken zoals we verwacht hadden. Dan zijn wij de eerste die het weer veranderen. Maar vooralsnog ben ik overtuigd van de nieuwe opzet" Een ander onderwerp dat ter sprake kwam is de schaduwing die de GCL op de Nation Cup werpt. Daarover waren beide heren zeer duidelijk: Die is er niet! Zowel de Nation Cup als de Wereldbeker zijn en blijven belangrijke wedstrijden voor de FEI . En doordat beide concepten anders zijn kunnen ze prima naast elkaar bestaan. "Bij ons is er de vrijheid om vlak voor een wedstrijd je team te wijzigen. Mocht er een bondscoach dan beroep willen doen op een ruiter voor een Nation Cup, dan kan deze last minute nog wisselen" stelt Tops iedereen gerust .

Vandaag werd de pers uitgenodigd voor een presentatiebezoek aan Tops Stables in Valkenswaard voor de introductie van het nieuwe Global Champions Tour seizoen. Maar wat eigenlijk een feestelijke aangelegenheid moest zijn werd een flinke ondervraging van de pers. De reden is het akkoord dat Jan Tops en Frank McCourt onlangs bereikte met de FEI. Na een juridische strijd kwam er een onlangs een COU die bij de springwereld veel teweeg bracht.  Topruiters als  Steve Guerdat en voormalig topruiter, Henk Nooren roepen op om "Nee" te zeggen tegen de veranderingen, omdat onze sport er één voor de superrijken dreigt te worden. FEI-president Ingmar de Vos, die vanmiddag te gast was, kreeg een paar pittige vragen voorgeschoteld.  De pers vroeg zich af of De Vos en de FEI zich niet een "beetje verkocht" hadden nu er een overeenkomst gesloten is met de GCT en GCL. Vragen waarop De Vos een fel en scherp antwoord klaar had. "Bij de FEI zien we ons niet als verliezer. Ook wil ik het protest, zoals sommige het nu noemen, niet als zodanig bestempelen. " begon De Vos zijn betoog. "Bij veranderingen zijn er altijd voor en tegenstanders. De overeenkomst die wij met de GCT/GCL hebben is er één zoals we die met vele andere sportbonden hebben. Daarin was een harde eis dat de richtlijnen van de FEI gehandhaafd moeten worden.  Maar er zijn ook een aantal uitzonderingen in opgenomen,  die bijvoorbeeld de GCL mogelijk maakt. Dit is bijvoorbeeld voor de Nation Cup of Wereldbeker wedstrijden niet anders" Het grootste probleem waar de twee nieuwe "partners"  in de rechtszaak tegen aan liepen was de mededingswetgeving.  Die beschermde de GCL en haar team wedstrijd en zette de acties van de FEI om het te stoppen buiten spel. "We hebben uiteindelijk  besloten om nader tot elkaar te komen. En ik ben blij met de oplossing die we vandaag presenteren" Het grootste probleem waar de twee tegen aanliepen was het uitnodigingsreglement. En juist de oplossing is waar Guerdat en zijn vrienden zich boos over maken.  Het nieuwe systeem van de GCL houdt in dat er een stevige financiële input van sponsors moet komen om te mogen rijden.  Het jaarlijkse startgeld van een team bedraagt namelijk 2 miljoen euro. Een tweede harde eis van  Tops en Frank McCourt was het feit dat ze meer teams aan de start willen hebben, namelijk 20. Om dit mogelijk te maken moest de 60% regel op de schop, waardoor de GCL nu een vrijere hand heeft om ruiters "uit te nodigen". Hierdoor blijven er minder startplaatsen over voor  niet-team en wildcard ruiters. En ook dat is iets waar vele springruiters zich nu over opwinden. Onder andere Henk Nooren is van mening dat er geen plek overblijft voor de "normale ruiter". Of dat jong talent niet de kans krijgt zich te ontwikkelen. Onzin!, volgens Jan Tops. " Als harde eis hebben we in het reglement van de GCL opgenomen dat elk team ten minste één U25 ruiter moet hebben. Daarmee hopen we jong talent te kunnen binden aan een financiële impuls." Tops vervolgt, "Ons doel is om de sport te laten groeien. Om dit te bereiken moeten we innovatief zijn en dingen uitproberen. Mocht iets echt niet werken zoals we verwacht hadden. Dan zijn wij de eerste die het weer veranderen. Maar vooralsnog ben ik overtuigd van de nieuwe opzet" Een ander onderwerp dat ter sprake kwam is de schaduwing die de GCL op de Nation Cup werpt. Daarover waren beide heren zeer duidelijk: Die is er niet! Zowel de Nation Cup als de Wereldbeker zijn en blijven belangrijke wedstrijden voor de FEI . En doordat beide concepten anders zijn kunnen ze prima naast elkaar bestaan. "Bij ons is er de vrijheid om vlak voor een wedstrijd je team te wijzigen. Mocht er een bondscoach dan beroep willen doen op een ruiter voor een Nation Cup, dan kan deze last minute nog wisselen" stelt Tops iedereen gerust .

Vorige 23 springhengsten beginnen aan KWPN aanlegtest Volgende Lisa Nooren in Arezzo van start met Ilusie Q