Al een aantal maanden heeft een groot deel van Europa last van extreme droogte. Door een aanhoudend hogedrukgebied zijn de temperaturen hoog en valt er weinig tot geen neerslag. In veel landen moeten gewassen extra beregend worden en is de kans op akkerbranden groot. Ook veehouders en paardenhouders ondervinden de problemen van deze droogte. Niet alleen groeit het gras minder goed, maar ook breken dieren makkelijk uit hun weides. In deze blog leggen we uit waardoor het uitbreken in droge periodes vaker voorkomt. Ook geven we tips over hoe je de afrastering tijdens periode van grote droogte het beste kunt onderhouden om hier het maximale profijt van te hebben. Door hitte bijna geen grasgroei in weilanden Gras groeit het beste als de bodemtemperatuur onder de 20 graden Celsius blijft. Vanaf 25 graden of meer stop het gras eigenlijk helemaal met groeien. De hoge temperatuur in combinatie met het gebrek aan regenval zorgt er voor dat het gras op dit moment bijna niet meer aangroeit. Dit is niet alleen schadelijk voor het gras maar kan er ook voor zorgen dat dieren tijdens het weiden te weinig voedingsstoffen binnen krijgen. Let in deze periodes dan ook goed op je dieren, zorg dat ze voldoende voedingstoffen binnen krijgen en voer ze als dit nodig is extra bij ook al staan ze dag en nacht op de weide. 3 tips om je weiland goed te gebruiken, ondanks de droogte 1. Verdeel je weiland in meerdere kleine percelen Mocht je deze mogelijkheid niet hebben, dan kan je gebruik maken van (tijdelijke) kleinere afgezette percelen. Deze percelen kun je dan afwisselend gebruiken zodat de andere percelen rust hebben om weer wat aan te groeien. Je kan er voor kiezen om verschillende percelen te maken, waar tussen je de dieren laat wisselen. Zodat je als het ware aan het rouleren bent tussen de verschillende weides. Een andere optie is om één perceel als hoofdperceel te nemen, hier staan je dieren dan permanent in. Overdag kies je er dan voor om je dieren een beperkt aantal uren in een van de andere percelen te laten grazen. Dit laatste betekent dat je gekozen hoofdperceel veel te voorduren krijgt en de kwaliteit van het gras in dit perceel hard achteruit gaat, maar het spaart wel het gras in de rest van de andere percelen. Gebruik daarbij mobiele afrastering om je weiland tijdelijk verdelen 2. Verminder het aantal uren weidegang Minder uren per dag beweiden, is een manier om het gras toch nog voldoende rust te geven om weer aan te groeien. Zet je koeien, paarden of schapen bijvoorbeeld een halve dag buiten en het andere deel in een paddock of in een goed geventileerde stal, waar je ze ook kunt bijvoeren. Je kan er zelfs voor kiezen om de dieren ‘s nachts buiten te doen en overdag binnen te laten, dit kan (afhankelijk van het gebied) ook gunstig zijn omdat er dan minder vervelende insecten zijn. 3. Controleer je afrastering om uitbreken te voorkomen Een van de belangrijkste onderdelen van een goede elektrische afrastering is de aarding. De aarding zorgt ervoor dat bij aanraking van de draad, de stroom via de grond weer terug wordt geleid naar het schrikdraadapparaat. Hierdoor wordt de stroomkringloop als het ware gesloten. Door het droge weer is de bodem een stuk minder vochtig, dit zorgt er voor dat de aarding minder goed werkt. Omdat er tijdens deze periodes minder gras op de weide staat, zijn grazers sneller geneigd om bij de buren te gaan kijken of het gras daar groener is. Een goed werkende afrastering is daarom juist nu extra belangrijk. Meer info en advies