Donderdag werd tijdens het CSI Twente in Geesteren het Duits-Nederlandse onderzoeksrapport gepresenteerd ‘Het paard als economische factor in de Euregio’. Hierin wordt geschreven over de hippische sector en het belang hiervan voor de arbeidsmarkt. Qua paardeneconomie is de Euregio uniek in Europa. Nergens anders is de hippische sector zo breed en zo groot.
 
Er is een goede basis om de sector te laten groeien. Zo blijft de internationale vraag naar paarden, instructeurs en diensten groot en zijn de eigen inwoners onverminderd geïnteresseerd in de paardensport. Bovendien biedt de hippische sector ook veel mogelijkheden voor toerisme, onder meer op het gebied van ruitervakanties en ruiterroutes. Ook is er veel expertise op gebied van fokkerij, training en sport in de Euregio. In de Euregio worden vele kleine en grote wedstrijden en evenementen georganiseerd, waaronder Horses & Dreams en het Turnier der Sieger in Duitsland en het CSI Twente en Military Boekelo-Enschede in Nederland. Het gebied kent een breed aanbod van bedrijven met producten en diensten en er zijn uitstekende dierenklinieken. Een bijzonder sterke basis voor economische groei. Op het CSI in Geesteren is er uitvoerig gediscussieerd over de samenwerking tussen Duitsland en Nederland hoe het een en ander verder uitgebouwd wordt, door kennisuitwisseling en regelgeving op elkaar te laten afstemmen. Op toeristisch gebied kan veel bereikt worden door de paardrijnetwerken aan weerszijden van de grens met elkaar te verbinden. Dagvoorzitter en algemeen directeur van de KNHS John Bierling: “De economische impact van de paardensport en -fokkerij wordt nog steeds onderschat. De paardensector is van groot belang voor de nationale en Europese economie. Totaal schatten wij de economische impact op een bedrag hoger dan 1,4 miljard euro voor Nederland alleen. Er zijn nog veel kansen om de hippische economie verder te laten groeien.” Roel Cazemier, burgemeester van Dinkelland: “De uitkomsten van het onderzoek en van de bijeenkomst van vandaag bieden volop kansen voor verdere groei en ontwikkeling van de sector. Belangrijk is dat ondernemers, sportbonden, kennisinstellingen en overheden in Nederland en Duitsland gezamenlijk actie ondernemen!”