Drie hoefsmeden in het Finse stadje Lahti begonnen in 1982 een bedrijf in ruitersportspullen. Het groeit uit tot Horze/Finn-Tack, met vestigingen over de hele wereld. Vandaag besteedde de NRC er een artikel aan. Het verhaal over de droom, op de website van Horze/Finn-Tack, vertelt niet dat het bedrijf deel uit maakt van het wereldwijde netwerk van de sektarische geloofsgemeenschap Noorse broeders.

Ook het door de hoefsmeden opgerichte Finn-Tack profiteert van de kinderen van de broeders. Ze worden voor een appel en een ei ingezet, blijkt uit de e-mails. Dat gebeurt onder meer in het Drentse Nieuw-Buinen, bij een ander broederbedrijf, Northern Logistics, dat daar een magazijn van Finn-Tack/Horze beheert. Het werk in Drenthe wordt gedaan door wel vijftig jongeren. Ze zijn gemiddeld 19,5 jaar en lid van het zogenoemde „A-team”. Tussen de schappen vol ruitersportspullen worden ze aangespoord met muurslogans als „Focus + Commitment = Result”. De jongeren krijgen op papier het wettelijk verplichte minimumloon, maar in de praktijk slechts zakgeld van 60 euro per maand. Tot 2014 houdt magazijnmanager Anno Neinders, tevens een hoge kerkbestuurder, op hun loonstroken deels fictieve kosten in voor consumpties, sport en uitstapjes.