Hij is net 10 jaar, maar Tijn Berkers treft nu al voorbereidingen voor zijn eigen bedrijf. Zijn droom is een eigen fokkerij van minipaarden. Het begin is er.
Tijns droomwens is minder opzienbarend dan je op het eerste moment denkt. Moeder Ilse en vader Pieter hebben de afgelopen twintig jaar namelijk meegebouwd aan een indrukwekkend hippisch centrum in Lattrop-Brecklenkamp, Stal ’t Hofstee. Dit opfokbedrijf ontstond geleidelijk op de boerderij aan de Dorpsstraat 9, waar Tijns moeder Ilse opgroeide. Het is een echt familiebedrijf dat zich toelegt op de complete verzorging van het paard.
Tijn groeit dus op tussen de paarden. Zijn broers Jesse en Sem, tante Kim van Benthem en de neefjes Pim en Lize, allemaal rijden ze op een pony. Allemaal? Nee, want Tijn zul je niet zien op de rug van een pony. Hij vindt op het paardenbedrijf alles leuk, behalve ponyrijden. „Ik vind voetbal leuker”, zegt hij. Bij DTC’07 speelt hij bij de jongens onder 11 jaar.
Dat wil beslist niet zeggen dat hij helemaal niets met paarden heeft. Dat kan ook bijna niet anders. Wat zich verder op en rond stal ’t Hofstee afspeelt, interesseert hem wel degelijk. Zo helpt hij zijn broer bij het opzadelen en kijkt hij toe in het KI-station, als de dierenarts er is of de paarden de wei in gaan.
„En de geboorte van een veulen vind ik ook prachtig. Ik wil er graag bij zijn, maar veulens worden vaak ’s nachts geboren.” Laatst had hij mazzel, toen hij ’s middags uit school kwam. In een van de stallen kon Tijn met eigen ogen de geboorte van een veulen zien. Het maakte indruk.
„Wat als ik zelf veulens ga fokken”, bedacht Tijn. Hij deelde het met zijn ouders en sinds kort heeft hij een minipaard: Starbucks, afkomstig van de even verderop gelegen fokkerij Schuurmanhoeve. Daar fietst hij vaak langs en dan ziet hij ze in de wei lopen. Tijn weet het nu zeker: „Dat wil ik ook!”
Maar dan wel fokken met een speciaal ras: kleine Appaloosa-paarden. „Waarom? Omdat ik die heel bijzonder vind. Ze hebben een gevlekte vacht met zwarte of bruine stippen.”Zijn 9-jarige Starbucks kreeg zes weken geleden een Appaloosa-veulen, waarvoor vlot een toepasselijke naam werd gevonden: Koffie. Het dier dartelt nu nog in de wei bij ’t Hofstee, maar gaat straks terug naar de Schuurmanhoeve, omdat het een hengstje is. Tijn wil graag merries houden.
Bron: tubantia.nl
Tijns droomwens is minder opzienbarend dan je op het eerste moment denkt. Moeder Ilse en vader Pieter hebben de afgelopen twintig jaar namelijk meegebouwd aan een indrukwekkend hippisch centrum in Lattrop-Brecklenkamp, Stal ’t Hofstee. Dit opfokbedrijf ontstond geleidelijk op de boerderij aan de Dorpsstraat 9, waar Tijns moeder Ilse opgroeide. Het is een echt familiebedrijf dat zich toelegt op de complete verzorging van het paard.
Tijn groeit dus op tussen de paarden. Zijn broers Jesse en Sem, tante Kim van Benthem en de neefjes Pim en Lize, allemaal rijden ze op een pony. Allemaal? Nee, want Tijn zul je niet zien op de rug van een pony. Hij vindt op het paardenbedrijf alles leuk, behalve ponyrijden. „Ik vind voetbal leuker”, zegt hij. Bij DTC’07 speelt hij bij de jongens onder 11 jaar.
Dat wil beslist niet zeggen dat hij helemaal niets met paarden heeft. Dat kan ook bijna niet anders. Wat zich verder op en rond stal ’t Hofstee afspeelt, interesseert hem wel degelijk. Zo helpt hij zijn broer bij het opzadelen en kijkt hij toe in het KI-station, als de dierenarts er is of de paarden de wei in gaan.
„En de geboorte van een veulen vind ik ook prachtig. Ik wil er graag bij zijn, maar veulens worden vaak ’s nachts geboren.” Laatst had hij mazzel, toen hij ’s middags uit school kwam. In een van de stallen kon Tijn met eigen ogen de geboorte van een veulen zien. Het maakte indruk.
„Wat als ik zelf veulens ga fokken”, bedacht Tijn. Hij deelde het met zijn ouders en sinds kort heeft hij een minipaard: Starbucks, afkomstig van de even verderop gelegen fokkerij Schuurmanhoeve. Daar fietst hij vaak langs en dan ziet hij ze in de wei lopen. Tijn weet het nu zeker: „Dat wil ik ook!”
Maar dan wel fokken met een speciaal ras: kleine Appaloosa-paarden. „Waarom? Omdat ik die heel bijzonder vind. Ze hebben een gevlekte vacht met zwarte of bruine stippen.”Zijn 9-jarige Starbucks kreeg zes weken geleden een Appaloosa-veulen, waarvoor vlot een toepasselijke naam werd gevonden: Koffie. Het dier dartelt nu nog in de wei bij ’t Hofstee, maar gaat straks terug naar de Schuurmanhoeve, omdat het een hengstje is. Tijn wil graag merries houden.
Bron: tubantia.nl