Skip to content

Copyright

Yvonne van Bergen gaat voor kwaliteit

Helemaal vol is ze van haar sport. En van de ondersteuning daarvan. Er zijn weinig mensen in Nederland die beter ingevoerd zijn in het organisatiehart van hippische evenementen dan Yvonne van Bergen. Tegenwoordig doet ze dat vanuit haar eigen bureau: Yvonne van Bergen hippisch management en evenementen, waarmee ze van haar hobby haar beroep heeft gemaakt. In het Noord-Limburgse Ottersum, groeide Yvonne van Bergen op, in een boerderij die nog ouderwets midden in het dorp staat achter de kerk. Vader Herman was voorzitter van de ponyclub, ‘ons mam’ zorgde ervoor dat alle staarten van de pony’s hetzelfde ingevlochten waren voor het achttal. Veel anders was er niet in het leventje van de jonge Yvonne. Ja, even muziekles maar daarbij keek ze meer op de klok dan op de toetsen van het orgel: het was weer bijna tijd voor de pony. Toen ze na Instituut Schoevers van de MEAO-commercieel kwam, mocht ze het van ‘ons pap’ gaan proberen in de paarden, in de jaren ’80 geen vanzelfsprekendheid. Yvonne liep stage bij springruiter Henk van de Broek en ging daar ook als groom aan de slag: “Je moet van alle kanten de paardensport kennen, dat vond ik toen al belangrijk. Daarna ben ik een half jaar naar Lisa Tarnopol in Amerika gegaan. Zij zat toen bij Joan Scharffenberger in het jeugdteam. In het jaar dat Wiljan Laarakkers Jumping Amsterdam won met Up To Date, werd zij vierde. Ik vond het zo enorm mooi hoe zij reed, dat wilde ik ook. Via Joan mocht ik bij haar komen, een half jaar. Ik weet nog wel dat ik in het weekend een kwartier collect call mocht bellen naar huis, dat kostte natuurlijk een vermogen vanuit Amerika. Maar ik had te veel heimwee naar de huiselijkheid thuis om er langer te blijven. Toen ik net terug was, vroeg Joan me om halve dagen te komen werken. En ons pap zette er een paar stallen bij: had ik zes paarden waarmee ik mocht proberen de kost te verdienen…. maar toen was het nog niet zo vanzelfsprekend dat je met jonge paarden geld kon verdienen, ondanks het lesgeven erbij, want ik was intussen ook gediplomeerd instructeur. [caption id="attachment_165321" align="alignnone" width="640"] Met deze jonge Corland won Yvonne het Z in Well[/caption] Om zelfstandig te kunnen blijven, pakte ze meerdere jobs erbij aan, van patiëntenkaarten invoeren bij een tandarts tot werken op een makelaarskantoor. En toen viel toevallig of niet haar oog op een advertentie bij de Nederlandse Hippische Sportbond in Baarn: “Ik gereageerd omdat alles leek te passen maar de sollicitatieprocedure was al gesloten.  Toen viel de me de naam Jan Heidema op als manager. Heb ik gebeld of ik hem kon spreken omdat we een speaker zochten voor ons concours. Was natuurlijk niet zo. Er waren er al vijf uitgenodigd maar ik mocht toch komen. Zat ik daar te wachten in die chique gang onder het schilderij van Beatrix, best spannend allemaal. Ik was als Limburger en oud-groom toch wel een beetje een vreemdeling op zo’n chique kantoor. Directeur George de Jong zag het allemaal wel zitten.  En zo ging ik een paar keer in de week vanuit Noord-Limburg naar Baarn, om 6 uur ’s ochtends weg, om 8 uur ’s avonds thuis, en dan vier paarden rijden in de buitenbak. Dat heb ik acht jaar gedaan.” Met de fusie tot de KNHS naderde ook het einde van het dienstverband van Yvonne: “Ik heb toen nog twee jaar vanuit Wanroij op de afdeling topsport gewerkt maar daarna ben ik gestopt, ik wilde niet meer mee naar Ermelo.” [caption id="attachment_165323" align="alignnone" width="844"] Met winnaar Tim Hendrix voor de prijsuitreiking in Eindhoven[/caption] Na de fusie was het ook afgelopen met de vroegere nationale wedstrijden, die eerder ondersteund werden door de NHS: “Hartstikke jammer, nu heb je ontzettend volle Z-rubrieken en alle mooie nationale wedstrijden zijn van de kalender verdwenen.” Maar het betekende ook een kans: “Evenementen vroegen me of ik toch nog hun wedstrijdsecretariaat wilde blijven doen. Op dat moment heb ik besloten om voor mezelf te beginnen. Het was zeker niet eenvoudig om de kost te verdienen. Maar het was het proberen waard, in Nederland komt immers niemand om van de honger ... Ik kwam ook tot de conclusie dat er best veel werk in de paardensport is. En dat het belangrijk is dat je alle facetten van de paardensport kent. Zo ben ik naar ruitershops gereden om de nieuwste collecties van de Anky kleding te tonen en te verkopen, heb ik bij De Wiemselbach in Ootmarsum de dekadministratie bijgehouden en mocht ik met Sport Computer Graphics mee naar internationale wedstrijden voor de secretariële ondersteuning. En als ik zelf geen wedstrijd had in het weekend, vroeg ik aan Joyce Lebon of ik mee mocht helpen op het secretariaat. Van haar heb ik dan ook super veel geleerd.” Al snel werd het pakketje steeds iets groter. Toen Libéma de organisatie van Indoor Brabant overnam, werd Yvonne door sportdirecteur Frank Kemperman benaderd om samen met hem het sportgedeelte uit te voeren: “Fantastisch vond en vind ik dat, ik heb kei veel van Frank geleerd. Het leuke is dat hij net zoals ik ook als groom is begonnen, en je weet wat hij nu is: directeur van CHIO Aachen!  Door de jaren heen heb ik zo heel wat ervaring opgedaan en kijk en luister ik veel naar andere evenementen, ook bij andere sporten. Overal hoor en zie je iets en als ik denk dat het van toegevoegde waarde is, probeer ik dat uit op een evenement. Meedenken met een organisatie vind ik erg belangrijk. Ik heb altijd een grote pot snoep op het secretariaat staan, daardoor krijg ik gemakkelijk de feedback van ruiters, grooms, eigenaren en publiek. Over verbeterpunten, erg belangrijk voor een evenement.” Yvonne van Bergen is, zoals ze het zelf zegt, ‘best wel een moeilijke om mee te werken’: “Ik ben perfectionistisch. En ik probeer het voor iedereen naar de zin te maken, alles moet kloppen. Rond de evenementen werk ik vaak tot middernacht door omdat alle wijzigingen verwerkt moeten zijn. Als ik te maken heb met ‘kwantiteit’ evenementen, weet ik niet precies hoeveel inschrijvingen er gaan komen. Toch moeten de boxen besteld worden. Wanneer tien ruiters een paard afmelden, heb ik dus tien lege boxen. Die probeer ik op te vullen met paarden van andere ruiters, en anders moet ik ze doorberekenen.  Zo probeer ik het begrote budget te beheren.” De term kwantiteit-evenementen is gevallen…..: ”Vorig jaar had ik 32 evenementen, omgerekend waren dit met de voorbereidingen erbij 754 werkdagen. Ik wil echter blijven genieten van de paardensport. Ik kan echt genieten als ik de grote ruiters op het voorterrein bezig zie met hun paarden maar ik geniet ook van het jureren. Voor mezelf heb ik daarom besloten om dit jaar afscheid te nemen van de kwantiteit-evenementen. Ik ga voor de evenementen waar je bij het betreden van het evenement het hart voelt kloppen. En voor mijn gevoel ben ik klaar voor een nieuwe stap en nieuwe uitdagingen. Sportdirector van een mooi evenement, dat zou echt iets voor mij zijn…..” Yvonne van Bergen op Universal Horse Data Yvonne van Bergen op Facebook
Helemaal vol is ze van haar sport. En van de ondersteuning daarvan. Er zijn weinig mensen in Nederland die beter ingevoerd zijn in het organisatiehart van hippische evenementen dan Yvonne van Bergen. Tegenwoordig doet ze dat vanuit haar eigen bureau: Yvonne van Bergen hippisch management en evenementen, waarmee ze van haar hobby haar beroep heeft gemaakt. In het Noord-Limburgse Ottersum, groeide Yvonne van Bergen op, in een boerderij die nog ouderwets midden in het dorp staat achter de kerk. Vader Herman was voorzitter van de ponyclub, ‘ons mam’ zorgde ervoor dat alle staarten van de pony’s hetzelfde ingevlochten waren voor het achttal. Veel anders was er niet in het leventje van de jonge Yvonne. Ja, even muziekles maar daarbij keek ze meer op de klok dan op de toetsen van het orgel: het was weer bijna tijd voor de pony. Toen ze na Instituut Schoevers van de MEAO-commercieel kwam, mocht ze het van ‘ons pap’ gaan proberen in de paarden, in de jaren ’80 geen vanzelfsprekendheid. Yvonne liep stage bij springruiter Henk van de Broek en ging daar ook als groom aan de slag: “Je moet van alle kanten de paardensport kennen, dat vond ik toen al belangrijk. Daarna ben ik een half jaar naar Lisa Tarnopol in Amerika gegaan. Zij zat toen bij Joan Scharffenberger in het jeugdteam. In het jaar dat Wiljan Laarakkers Jumping Amsterdam won met Up To Date, werd zij vierde. Ik vond het zo enorm mooi hoe zij reed, dat wilde ik ook. Via Joan mocht ik bij haar komen, een half jaar. Ik weet nog wel dat ik in het weekend een kwartier collect call mocht bellen naar huis, dat kostte natuurlijk een vermogen vanuit Amerika. Maar ik had te veel heimwee naar de huiselijkheid thuis om er langer te blijven. Toen ik net terug was, vroeg Joan me om halve dagen te komen werken. En ons pap zette er een paar stallen bij: had ik zes paarden waarmee ik mocht proberen de kost te verdienen…. maar toen was het nog niet zo vanzelfsprekend dat je met jonge paarden geld kon verdienen, ondanks het lesgeven erbij, want ik was intussen ook gediplomeerd instructeur. [caption id="attachment_165321" align="alignnone" width="640"] Met deze jonge Corland won Yvonne het Z in Well[/caption] Om zelfstandig te kunnen blijven, pakte ze meerdere jobs erbij aan, van patiëntenkaarten invoeren bij een tandarts tot werken op een makelaarskantoor. En toen viel toevallig of niet haar oog op een advertentie bij de Nederlandse Hippische Sportbond in Baarn: “Ik gereageerd omdat alles leek te passen maar de sollicitatieprocedure was al gesloten.  Toen viel de me de naam Jan Heidema op als manager. Heb ik gebeld of ik hem kon spreken omdat we een speaker zochten voor ons concours. Was natuurlijk niet zo. Er waren er al vijf uitgenodigd maar ik mocht toch komen. Zat ik daar te wachten in die chique gang onder het schilderij van Beatrix, best spannend allemaal. Ik was als Limburger en oud-groom toch wel een beetje een vreemdeling op zo’n chique kantoor. Directeur George de Jong zag het allemaal wel zitten.  En zo ging ik een paar keer in de week vanuit Noord-Limburg naar Baarn, om 6 uur ’s ochtends weg, om 8 uur ’s avonds thuis, en dan vier paarden rijden in de buitenbak. Dat heb ik acht jaar gedaan.” Met de fusie tot de KNHS naderde ook het einde van het dienstverband van Yvonne: “Ik heb toen nog twee jaar vanuit Wanroij op de afdeling topsport gewerkt maar daarna ben ik gestopt, ik wilde niet meer mee naar Ermelo.” [caption id="attachment_165323" align="alignnone" width="844"] Met winnaar Tim Hendrix voor de prijsuitreiking in Eindhoven[/caption] Na de fusie was het ook afgelopen met de vroegere nationale wedstrijden, die eerder ondersteund werden door de NHS: “Hartstikke jammer, nu heb je ontzettend volle Z-rubrieken en alle mooie nationale wedstrijden zijn van de kalender verdwenen.” Maar het betekende ook een kans: “Evenementen vroegen me of ik toch nog hun wedstrijdsecretariaat wilde blijven doen. Op dat moment heb ik besloten om voor mezelf te beginnen. Het was zeker niet eenvoudig om de kost te verdienen. Maar het was het proberen waard, in Nederland komt immers niemand om van de honger ... Ik kwam ook tot de conclusie dat er best veel werk in de paardensport is. En dat het belangrijk is dat je alle facetten van de paardensport kent. Zo ben ik naar ruitershops gereden om de nieuwste collecties van de Anky kleding te tonen en te verkopen, heb ik bij De Wiemselbach in Ootmarsum de dekadministratie bijgehouden en mocht ik met Sport Computer Graphics mee naar internationale wedstrijden voor de secretariële ondersteuning. En als ik zelf geen wedstrijd had in het weekend, vroeg ik aan Joyce Lebon of ik mee mocht helpen op het secretariaat. Van haar heb ik dan ook super veel geleerd.” Al snel werd het pakketje steeds iets groter. Toen Libéma de organisatie van Indoor Brabant overnam, werd Yvonne door sportdirecteur Frank Kemperman benaderd om samen met hem het sportgedeelte uit te voeren: “Fantastisch vond en vind ik dat, ik heb kei veel van Frank geleerd. Het leuke is dat hij net zoals ik ook als groom is begonnen, en je weet wat hij nu is: directeur van CHIO Aachen!  Door de jaren heen heb ik zo heel wat ervaring opgedaan en kijk en luister ik veel naar andere evenementen, ook bij andere sporten. Overal hoor en zie je iets en als ik denk dat het van toegevoegde waarde is, probeer ik dat uit op een evenement. Meedenken met een organisatie vind ik erg belangrijk. Ik heb altijd een grote pot snoep op het secretariaat staan, daardoor krijg ik gemakkelijk de feedback van ruiters, grooms, eigenaren en publiek. Over verbeterpunten, erg belangrijk voor een evenement.” Yvonne van Bergen is, zoals ze het zelf zegt, ‘best wel een moeilijke om mee te werken’: “Ik ben perfectionistisch. En ik probeer het voor iedereen naar de zin te maken, alles moet kloppen. Rond de evenementen werk ik vaak tot middernacht door omdat alle wijzigingen verwerkt moeten zijn. Als ik te maken heb met ‘kwantiteit’ evenementen, weet ik niet precies hoeveel inschrijvingen er gaan komen. Toch moeten de boxen besteld worden. Wanneer tien ruiters een paard afmelden, heb ik dus tien lege boxen. Die probeer ik op te vullen met paarden van andere ruiters, en anders moet ik ze doorberekenen.  Zo probeer ik het begrote budget te beheren.” De term kwantiteit-evenementen is gevallen…..: ”Vorig jaar had ik 32 evenementen, omgerekend waren dit met de voorbereidingen erbij 754 werkdagen. Ik wil echter blijven genieten van de paardensport. Ik kan echt genieten als ik de grote ruiters op het voorterrein bezig zie met hun paarden maar ik geniet ook van het jureren. Voor mezelf heb ik daarom besloten om dit jaar afscheid te nemen van de kwantiteit-evenementen. Ik ga voor de evenementen waar je bij het betreden van het evenement het hart voelt kloppen. En voor mijn gevoel ben ik klaar voor een nieuwe stap en nieuwe uitdagingen. Sportdirector van een mooi evenement, dat zou echt iets voor mij zijn…..” Yvonne van Bergen op Universal Horse Data Yvonne van Bergen op Facebook
Vorige Arnhemse stal Mansour getroffen door onbekende ziekte Volgende Nederlandse junioren grijpen naast het podium op het Dutch Youngster Festival