Tessa van Roy is in Tokio om de ruiters van TeamNL fysiotherapeutisch te begeleiden. Van Roy maakte tijdens de wereldruiterspelen van Caen haar eerste kampioenschap mee, in Tokio beleeft ze haar eerste Olympische Spelen.
“Het is hier ontzettend goed geregeld. Zelfs voor de medische en de paramedische staf zijn de faciliteiten heel goed op orde. De eerste dagen kon ik mijn fysiotafel in een lege stal zetten. Boven de tribune hebben we ruimtes om te werken en ook in het olympisch dorp heeft TeamNL een hele verdieping voor ons. We zorgen ervoor dat de ruiters nergens last van hebben, zo kunnen ze optimaal presteren.
Intensieve begeleiding
De begeleiding van de ruiters valt intensief te noemen, een traject dat al ruim voor de Spelen begint. “Ruiters laten wekelijks aan mij weten hoe ze ervoor staan. Dat doen ze aan de hand van vragenlijsten. Hoeveel uur is er getraind? Hoeveel concoursen zijn er geweest? Sluimert er wat? Twee keer per jaar zie ik ze persoonlijk voor een screening. Dan checken we waar mogelijke pijnpunten zitten en welke blessures kunnen opkomen. We schakelen ook met de personal trainers van de ruiters, samen vestigen we de aandacht op het onderhouden van de belangrijkste spiergroepen.”
Voorbereiding op de warmte
“Het was ook één van mijn taken om de ruiters voor te bereiden op de warmte hier. Ik heb koelprotocollen opgesteld en uitgevoerd, zoals het dragen van de koelvesten en het drinken van de slush-drank. Met name bij de eventing was dat van belang.”
24 uur per dag
Van Roy werkt met veel met topsporters, maar ruiters hebben hun specifieke aandachtspunten. “Te paard zitten vraagt veel van je rug en nek. Sleutelbeenbreuken en schouderproblemen komen na een val veelvuldig voor. Net als problemen met de ruiterspier. Het werken met ruiters is wel anders dan met andere topsporters. Het leven van ruiters draait niet alleen om zichzelf. Naast de zorg voor hun paarden hebben ze vaak ook een bedrijf te runnen. Sport op het hoogste niveau is wel moeilijker als je geen 24 uur per dag aan jezelf kunt besteden.”
Paralympische atleten
Na de Olympische Spelen volgen de Paralympische Spelen. “Zij doorlopen hetzelfde programma als de olympische ruiters”, vertelt Van Roy. “Met een aantal van hen train ik zelfs twee keer per week. Maar na vier weken hier wordt het voor mij tijd om terug naar mijn kinderen thuis te gaan. Mijn collega Guus Gilsing zal mij dan vervangen”, besluit Van Roy.
“Het is hier ontzettend goed geregeld. Zelfs voor de medische en de paramedische staf zijn de faciliteiten heel goed op orde. De eerste dagen kon ik mijn fysiotafel in een lege stal zetten. Boven de tribune hebben we ruimtes om te werken en ook in het olympisch dorp heeft TeamNL een hele verdieping voor ons. We zorgen ervoor dat de ruiters nergens last van hebben, zo kunnen ze optimaal presteren.
Intensieve begeleiding
De begeleiding van de ruiters valt intensief te noemen, een traject dat al ruim voor de Spelen begint. “Ruiters laten wekelijks aan mij weten hoe ze ervoor staan. Dat doen ze aan de hand van vragenlijsten. Hoeveel uur is er getraind? Hoeveel concoursen zijn er geweest? Sluimert er wat? Twee keer per jaar zie ik ze persoonlijk voor een screening. Dan checken we waar mogelijke pijnpunten zitten en welke blessures kunnen opkomen. We schakelen ook met de personal trainers van de ruiters, samen vestigen we de aandacht op het onderhouden van de belangrijkste spiergroepen.”
Voorbereiding op de warmte
“Het was ook één van mijn taken om de ruiters voor te bereiden op de warmte hier. Ik heb koelprotocollen opgesteld en uitgevoerd, zoals het dragen van de koelvesten en het drinken van de slush-drank. Met name bij de eventing was dat van belang.”
24 uur per dag
Van Roy werkt met veel met topsporters, maar ruiters hebben hun specifieke aandachtspunten. “Te paard zitten vraagt veel van je rug en nek. Sleutelbeenbreuken en schouderproblemen komen na een val veelvuldig voor. Net als problemen met de ruiterspier. Het werken met ruiters is wel anders dan met andere topsporters. Het leven van ruiters draait niet alleen om zichzelf. Naast de zorg voor hun paarden hebben ze vaak ook een bedrijf te runnen. Sport op het hoogste niveau is wel moeilijker als je geen 24 uur per dag aan jezelf kunt besteden.”
Paralympische atleten
Na de Olympische Spelen volgen de Paralympische Spelen. “Zij doorlopen hetzelfde programma als de olympische ruiters”, vertelt Van Roy. “Met een aantal van hen train ik zelfs twee keer per week. Maar na vier weken hier wordt het voor mij tijd om terug naar mijn kinderen thuis te gaan. Mijn collega Guus Gilsing zal mij dan vervangen”, besluit Van Roy.