Merieke Voorneveld is een dressuuramazone die er altijd is. Niet dat ze zware Grand Prix-wedstrijden gewonnen of zelfs gereden heeft. Merieke is meer van de opleiding, de Z-kampioenschappen, de jonge paarden en het lesgeven, zelfs van het Z-springen. Tegenwoordig heeft ze met haar partner een stal midden in Exloo, als oplossing om de internationale relaties te kunnen huisvesten. Maar ze geeft ook nog steeds met veel plezier les aan leden van de vereniging.
Net vijftig jaar geleden werd Merieke geboren in het Utrechtse Maarssen, in een gezin waar niemand iets met paarden had. Thuis waren ze druk met de woninginrichtingszaak: “Het was een beetje de vraag waar we het kind op zaterdag naar toe sturen. Dat werd dus de manege in De Meern. En ik kreeg al snel een pony maar ik had werkelijk geen idee wat ik daarmee moest. Door schade en schande ben ik behoorlijk wijs geworden. Stond ik met m’n hoofdstelletje voor de pony: riempjes verkeerd, bit andersom, dat soort dingen. Of de instructeur die zei: joh, je dekje ligt verkeerd om. En toch was de ponytijd hartstikke leuk. In alle vroegte met z’n allen op de vrachtwagen, pony’s daar vastgebonden, aan het einde van de dag de parade. Vijftien keer de caprilliproef gedaan en uiteindelijk gewonnen. Het was ook een leuke ponyclub in Maarssen, vooral spelen eigenlijk.”
De vergelijking met vandaag de dag dringt zich dan op: “We hebben het er weleens over. Nu is de ponysport bij veel mensen vanaf het begin prestatiegericht. Het wordt soms wel heel individueel. Het worden al van die groepjes van kinderen die met elkaar de concoursen af gaan en met de prijzen thuiskomen. Ik merk dat de sfeer er niet beter op wordt. In mijn tijd was de groep die pony reed voor de lol veel groter ten opzichte van de kinderen die per se wilden presteren. Hoeveel van die leuke ponyclubs zijn er nog over?”
Op haar 13e kreeg Merieke haar eerste paard: “Dat had mijn vader gevonden in de Telegraaf. In Zandvoort bij een autohandelaar. Dat was dus een oude draver maar gelukkig kon ie wel galopperen. Ik heb er ook mee gesprongen. Van mijn ouders moest ik de havo afmaken, in combinatie met het paardrijden lukte dat maar net. En toen ben ik op een manege gaan werken, voor 100 gulden per week. Dat leek me voor de toekomst niet ideaal en zo kwam ik op een kantoor terecht. En tussendoor deed ik Schoevers. Plus de instructeursopleiding in Ermelo.”
[caption id="attachment_166197" align="alignnone" width="1024"] Met een jonge Arlando, aangekocht door een Russische junior-ruiter[/caption]
In het laatste jaar van haar instructeursopleiding vroeg Tinus Ruiterkamp, toen de baas van het Federatiecentrum, of Merieke de hengsten mee wilde trainen. Dat waren de WPN-hengsten, de pony’s en de Volbloeds. En vervolgens mocht ze ook tien weken de zomerkampen draaien: “Een machtige mooie tijd! In de eerste week van september meldde ik me weer bij het uitzendbureau, tot februari, en dat ging een paar jaar zo door.” Het was ook de tijd dat Merieke bij Egbert Schep haar eerste succespaard kocht, driejarige Formateur, een vos bles met drie witte benen. Een paard dat later ook weer via Egbert Schep werd verkocht naar het buitenland. In de tussentijd bouwde Merieke haar ervaring op met het rijden van paarden voor eigenaren, met kampioenschappen in het Z1 en Z2 en wedstrijden tot en met Prix St.-George.
Overdracht van kennis is een belangrijk aspect voor Merieke Voorneveld. Zelf kreeg ze les van verschillende grote trainers: “Van Johan Hamminga bij voorbeeld om altijd vanuit het been naar voren te rijden. Of van Edward Gal om die overgang maar opnieuw te rijden want als je je paard in de overgang niet door de hals kan houden, dan heb je nog wel wat te doen. Van Rien van der Schaft om ervoor te zorgen dat de nek uiteindelijk altijd het hoogste punt blijft. En zo heb ik van alle trainers het beste bij elkaar gehaald om nu over te kunnen brengen naar mijn leerlingen. Ik vind het prachtig werk om ruiters verder te helpen en ze te behoeden voor de fouten die ikzelf heb gemaakt.”
Leerlingen krijgen in Merieke een instructeur die gaat voor de gedegen opleiding. Voor Goed Paardrijden: “Het is zo jammer dat mensen steeds meer voor het plaatje gaan. Ze willen vooral wedstrijden rijden, en dat moet goed gaan. Ze zijn heel erg bezig met hoe het eruit ziet. Ze gaan zelden terug naar de vraag waarom iets niet lukt. Nou, vaak lukt iets niet omdat de basis niet bevestigd is. Veel mensen hebben te weinig kennis van de basisprincipes van onze sport. Eigenlijk weten ze niet zo goed waar ze mee bezig zijn en kunnen ze zich slecht verplaatsen in hun paard. Uitvluchten zoeken waarom iets niet lukt.”
[caption id="attachment_166199" align="alignnone" width="1200"] Met een jonge Carthino Z, Z-dressuur en verkocht naar Amerika[/caption]
Via de verkoop van een jonge Ravel naar Moskou zo’n twaalf jaar geleden ontstonden de nodige contacten in Rusland. Merieke bleef de begeleiding doen en uiteindelijk kwamen er ook lesklanten bij vanuit St Petersburg. Deze Russische dressuurruiters zijn vanaf 2012 elke zomer voor een aantal weken naar Nederland gekomen met hun paarden om bij Merieke de trainingen te volgen en deel te nemen aan de wedstrijden: “Er waren in die tijd nog weinig wedstrijden in Rusland en al helemaal niet zoals wij ze hier kennen. Ze keken hun ogen uit dat ze zo vaak in de week op zoveel verschillende locaties konden starten en dan ook nog 2 proeven. Dat realiseren we ons eigenlijk niet meer, wij vinden dat een soort van normaal.”
In de zomerperiodes regelde Merieke voor haar Russische gasten accommodaties om ze met hun paarden onder te brengen: “Maar na een jaar of vijf kwam toch de vraag wat verstandig was. Of ermee stoppen omdat steeds iets huren en zoveel regelen elke keer toch een opgave was, of nog een keer voor ons zelf beginnen. In 2015 kwam het oude Hippische Centrum in Exloo op ons pad. Eigenlijk rijp voor de sloop maar gezien de locatie midden in het dorp en aan het bos met een bestemming voor zowel mijn paardenbedrijf als voor het bouwbedrijf van mijn partner Gerard was het uiteindelijk toch een schot in de roos. Beetje bij beetje wordt de boel nu gestript. Het bouwtechnisch inzicht van Gerard komt natuurlijk zeer goed van pas en met het jaar komen we dichter bij ons ultieme droomobject. Voor nu heb ik de beschikking over een binnen- en buitenbak met een goede bodem, er zijn paddocks aangelegd, er is weidegang en er zijn 11 nieuwe ruime paardenboxen gekomen. Inmiddels is ook het ruiterverblijf klaar en de eerste ruiters met hun paarden weten de weg te vinden naar Exloo. En ook de Russische delegatie is nu weer aanwezig! Ik ga ervan uit dat ik dit werk nog heel lang kan blijven doen!”
Merieke Voorneveld is een dressuuramazone die er altijd is. Niet dat ze zware Grand Prix-wedstrijden gewonnen of zelfs gereden heeft. Merieke is meer van de opleiding, de Z-kampioenschappen, de jonge paarden en het lesgeven, zelfs van het Z-springen. Tegenwoordig heeft ze met haar partner een stal midden in Exloo, als oplossing om de internationale relaties te kunnen huisvesten. Maar ze geeft ook nog steeds met veel plezier les aan leden van de vereniging.
Net vijftig jaar geleden werd Merieke geboren in het Utrechtse Maarssen, in een gezin waar niemand iets met paarden had. Thuis waren ze druk met de woninginrichtingszaak: “Het was een beetje de vraag waar we het kind op zaterdag naar toe sturen. Dat werd dus de manege in De Meern. En ik kreeg al snel een pony maar ik had werkelijk geen idee wat ik daarmee moest. Door schade en schande ben ik behoorlijk wijs geworden. Stond ik met m’n hoofdstelletje voor de pony: riempjes verkeerd, bit andersom, dat soort dingen. Of de instructeur die zei: joh, je dekje ligt verkeerd om. En toch was de ponytijd hartstikke leuk. In alle vroegte met z’n allen op de vrachtwagen, pony’s daar vastgebonden, aan het einde van de dag de parade. Vijftien keer de caprilliproef gedaan en uiteindelijk gewonnen. Het was ook een leuke ponyclub in Maarssen, vooral spelen eigenlijk.”
De vergelijking met vandaag de dag dringt zich dan op: “We hebben het er weleens over. Nu is de ponysport bij veel mensen vanaf het begin prestatiegericht. Het wordt soms wel heel individueel. Het worden al van die groepjes van kinderen die met elkaar de concoursen af gaan en met de prijzen thuiskomen. Ik merk dat de sfeer er niet beter op wordt. In mijn tijd was de groep die pony reed voor de lol veel groter ten opzichte van de kinderen die per se wilden presteren. Hoeveel van die leuke ponyclubs zijn er nog over?”
Op haar 13e kreeg Merieke haar eerste paard: “Dat had mijn vader gevonden in de Telegraaf. In Zandvoort bij een autohandelaar. Dat was dus een oude draver maar gelukkig kon ie wel galopperen. Ik heb er ook mee gesprongen. Van mijn ouders moest ik de havo afmaken, in combinatie met het paardrijden lukte dat maar net. En toen ben ik op een manege gaan werken, voor 100 gulden per week. Dat leek me voor de toekomst niet ideaal en zo kwam ik op een kantoor terecht. En tussendoor deed ik Schoevers. Plus de instructeursopleiding in Ermelo.”
[caption id="attachment_166197" align="alignnone" width="1024"] Met een jonge Arlando, aangekocht door een Russische junior-ruiter[/caption]
In het laatste jaar van haar instructeursopleiding vroeg Tinus Ruiterkamp, toen de baas van het Federatiecentrum, of Merieke de hengsten mee wilde trainen. Dat waren de WPN-hengsten, de pony’s en de Volbloeds. En vervolgens mocht ze ook tien weken de zomerkampen draaien: “Een machtige mooie tijd! In de eerste week van september meldde ik me weer bij het uitzendbureau, tot februari, en dat ging een paar jaar zo door.” Het was ook de tijd dat Merieke bij Egbert Schep haar eerste succespaard kocht, driejarige Formateur, een vos bles met drie witte benen. Een paard dat later ook weer via Egbert Schep werd verkocht naar het buitenland. In de tussentijd bouwde Merieke haar ervaring op met het rijden van paarden voor eigenaren, met kampioenschappen in het Z1 en Z2 en wedstrijden tot en met Prix St.-George.
Overdracht van kennis is een belangrijk aspect voor Merieke Voorneveld. Zelf kreeg ze les van verschillende grote trainers: “Van Johan Hamminga bij voorbeeld om altijd vanuit het been naar voren te rijden. Of van Edward Gal om die overgang maar opnieuw te rijden want als je je paard in de overgang niet door de hals kan houden, dan heb je nog wel wat te doen. Van Rien van der Schaft om ervoor te zorgen dat de nek uiteindelijk altijd het hoogste punt blijft. En zo heb ik van alle trainers het beste bij elkaar gehaald om nu over te kunnen brengen naar mijn leerlingen. Ik vind het prachtig werk om ruiters verder te helpen en ze te behoeden voor de fouten die ikzelf heb gemaakt.”
Leerlingen krijgen in Merieke een instructeur die gaat voor de gedegen opleiding. Voor Goed Paardrijden: “Het is zo jammer dat mensen steeds meer voor het plaatje gaan. Ze willen vooral wedstrijden rijden, en dat moet goed gaan. Ze zijn heel erg bezig met hoe het eruit ziet. Ze gaan zelden terug naar de vraag waarom iets niet lukt. Nou, vaak lukt iets niet omdat de basis niet bevestigd is. Veel mensen hebben te weinig kennis van de basisprincipes van onze sport. Eigenlijk weten ze niet zo goed waar ze mee bezig zijn en kunnen ze zich slecht verplaatsen in hun paard. Uitvluchten zoeken waarom iets niet lukt.”
[caption id="attachment_166199" align="alignnone" width="1200"] Met een jonge Carthino Z, Z-dressuur en verkocht naar Amerika[/caption]
Via de verkoop van een jonge Ravel naar Moskou zo’n twaalf jaar geleden ontstonden de nodige contacten in Rusland. Merieke bleef de begeleiding doen en uiteindelijk kwamen er ook lesklanten bij vanuit St Petersburg. Deze Russische dressuurruiters zijn vanaf 2012 elke zomer voor een aantal weken naar Nederland gekomen met hun paarden om bij Merieke de trainingen te volgen en deel te nemen aan de wedstrijden: “Er waren in die tijd nog weinig wedstrijden in Rusland en al helemaal niet zoals wij ze hier kennen. Ze keken hun ogen uit dat ze zo vaak in de week op zoveel verschillende locaties konden starten en dan ook nog 2 proeven. Dat realiseren we ons eigenlijk niet meer, wij vinden dat een soort van normaal.”
In de zomerperiodes regelde Merieke voor haar Russische gasten accommodaties om ze met hun paarden onder te brengen: “Maar na een jaar of vijf kwam toch de vraag wat verstandig was. Of ermee stoppen omdat steeds iets huren en zoveel regelen elke keer toch een opgave was, of nog een keer voor ons zelf beginnen. In 2015 kwam het oude Hippische Centrum in Exloo op ons pad. Eigenlijk rijp voor de sloop maar gezien de locatie midden in het dorp en aan het bos met een bestemming voor zowel mijn paardenbedrijf als voor het bouwbedrijf van mijn partner Gerard was het uiteindelijk toch een schot in de roos. Beetje bij beetje wordt de boel nu gestript. Het bouwtechnisch inzicht van Gerard komt natuurlijk zeer goed van pas en met het jaar komen we dichter bij ons ultieme droomobject. Voor nu heb ik de beschikking over een binnen- en buitenbak met een goede bodem, er zijn paddocks aangelegd, er is weidegang en er zijn 11 nieuwe ruime paardenboxen gekomen. Inmiddels is ook het ruiterverblijf klaar en de eerste ruiters met hun paarden weten de weg te vinden naar Exloo. En ook de Russische delegatie is nu weer aanwezig! Ik ga ervan uit dat ik dit werk nog heel lang kan blijven doen!”