Skip to content

Copyright

KNHS licht aanpassingen kadereisen dressuur toe

Vanaf 1 februari worden er verschillende aanpassingen gedaan in de kadercriteria van de Olympische disciplines. Voor de dressuur betekent dit onder meer een kleine verhoging van de minimale scores. De belangrijkste reden voor deze wijziging is dat de afgelopen jaren de internationale standaard hoger is geworden.

Om hier voldoende aansluiting bij te houden moet het niveau van de kaders omhoog. Meer informatie over aanpassingen bij de andere disciplines volgt later.

Voor opname in het Olympische-, A- of B-dressuurkader moeten combinaties vanaf 1 februari voldoen aan scores die bijna allemaal slechts 1 procent hoger liggen dan nu het geval is. Wat nieuw is, is dat alle drie de noodzakelijke kaderscores op een CDI behaald moeten worden (nu veelal 2 scores op een CDI en een op een nationale wedstrijd). Dit is gedaan om een optimale aansluiting bij de internationale top te houden. Voor goede prestaties op internationale kampioenschappen is het belangrijk dat combinaties zich zo goed mogelijk meten in de internationale sport.

Voor de Pony’s & Children geldt nog de uitzondering dat in 2022 voor kaderopname nog één of twee nationale scores (behaald op een kadervormingswedstrijd) worden meegeteld afhankelijk van het kader.

Alle aanpassingen zijn gedaan in afstemming met NOC*NSF en de betreffende bondscoach. Vanuit de sportkoepel, de bondscoaches en vanuit de KNHS wordt gesteld dat sporters die in een kader opgenomen zijn, scores moeten kunnen realiseren waarmee ze op internationale kampioenschappen in de top (individueel of als team) mee kunnen draaien. Dat is de directe aanleiding om de kaderscores te verhogen. Daarnaast is door NOC*NSF bepaald dat het maximum aantal kaderleden wijzigt van 13 naar 8.

Combinaties die niet in een kader zitten kunnen nog wel worden uitgezonden naar het buitenland of kampioenschappen. Voor deelname aan CDI’s in Nederland of het buitenland blijft gelden dat combinaties twee maal een score van 63% (jeugd) en twee maal 65% (senioren & U25) moeten hebben behaald op een Uitzendingswedstrijd (voorheen de K&U wedstrijden). Over de geldende reglementen tijdens een Uitzendingswedstrijd volgt in de loop van volgende week meer info.

Combinaties die nationaal en internationaal heel goed presteren, maar nog niet in een kader zitten, behouden ook de mogelijkheid (net als nu) om uitgezonden te worden naar een internationaal kampioenschap. Uiteraard moet daarbij wel aan de door de FEI gestelde eisen zijn voldaan en moet akkoord worden gegaan met de wederzijdse afspraken die zijn vastgelegd in de KNHS Topsportovereenkomst.

Criteria

In het kort moeten dressuurcombinaties voor opname in een kader aan onderstaande eisen voldoen, waarbij geldt dat alle scores behaald moeten zijn op een CDI.

Senioren:

Olympisch kader: 3 maal een score van 75%B-kader: 3 maal een score van 72%

U25, Young Riders, Junioren, Children:

A-kader: 3 maal een score van 72%

B-kader: 3 maal een score van 70%

Pony’s:

A-kader: 3 maal een score van 71%

B-kader: 3 maal een score van 69%

Bron: KNHS

Om hier voldoende aansluiting bij te houden moet het niveau van de kaders omhoog. Meer informatie over aanpassingen bij de andere disciplines volgt later.

Voor opname in het Olympische-, A- of B-dressuurkader moeten combinaties vanaf 1 februari voldoen aan scores die bijna allemaal slechts 1 procent hoger liggen dan nu het geval is. Wat nieuw is, is dat alle drie de noodzakelijke kaderscores op een CDI behaald moeten worden (nu veelal 2 scores op een CDI en een op een nationale wedstrijd). Dit is gedaan om een optimale aansluiting bij de internationale top te houden. Voor goede prestaties op internationale kampioenschappen is het belangrijk dat combinaties zich zo goed mogelijk meten in de internationale sport.

Voor de Pony’s & Children geldt nog de uitzondering dat in 2022 voor kaderopname nog één of twee nationale scores (behaald op een kadervormingswedstrijd) worden meegeteld afhankelijk van het kader.

Alle aanpassingen zijn gedaan in afstemming met NOC*NSF en de betreffende bondscoach. Vanuit de sportkoepel, de bondscoaches en vanuit de KNHS wordt gesteld dat sporters die in een kader opgenomen zijn, scores moeten kunnen realiseren waarmee ze op internationale kampioenschappen in de top (individueel of als team) mee kunnen draaien. Dat is de directe aanleiding om de kaderscores te verhogen. Daarnaast is door NOC*NSF bepaald dat het maximum aantal kaderleden wijzigt van 13 naar 8.

Combinaties die niet in een kader zitten kunnen nog wel worden uitgezonden naar het buitenland of kampioenschappen. Voor deelname aan CDI’s in Nederland of het buitenland blijft gelden dat combinaties twee maal een score van 63% (jeugd) en twee maal 65% (senioren & U25) moeten hebben behaald op een Uitzendingswedstrijd (voorheen de K&U wedstrijden). Over de geldende reglementen tijdens een Uitzendingswedstrijd volgt in de loop van volgende week meer info.

Combinaties die nationaal en internationaal heel goed presteren, maar nog niet in een kader zitten, behouden ook de mogelijkheid (net als nu) om uitgezonden te worden naar een internationaal kampioenschap. Uiteraard moet daarbij wel aan de door de FEI gestelde eisen zijn voldaan en moet akkoord worden gegaan met de wederzijdse afspraken die zijn vastgelegd in de KNHS Topsportovereenkomst.

Criteria

In het kort moeten dressuurcombinaties voor opname in een kader aan onderstaande eisen voldoen, waarbij geldt dat alle scores behaald moeten zijn op een CDI.

Senioren:

Olympisch kader: 3 maal een score van 75%B-kader: 3 maal een score van 72%

U25, Young Riders, Junioren, Children:

A-kader: 3 maal een score van 72%

B-kader: 3 maal een score van 70%

Pony’s:

A-kader: 3 maal een score van 71%

B-kader: 3 maal een score van 69%

Bron: KNHS

Vorige UPDATE: Versoepelingen in de sport en het onderwijs Volgende Corona update: dit is wat de nieuwe maatregelen betekenen voor de paardensport