Skip to content

Copyright

Andrea Villaverde: zorgen dat je optimistisch blijft

Ze was de eerste winnaar in het toen nieuwe Rabobank Talentenplan, waarmee een wereld openging voor Andrea Villaverde. Inmiddels heeft ze haar eigen dressuurstal in het Belgische Poederlee en rijdt ze internationaal voor Spanje. Tegenslagen heeft ze genoeg gehad met onder andere een gebroken rug maar terugkijkend zegt ze: “Ik heb geleerd met tegenslagen om te gaan, het is belangrijk dat ik optimistisch blijf!” Andrea, 31 nu, groeide op in het Brabantse Geldrop als dochter van een Spaanse vader en een Nederlandse moeder, Carla Zweegers, in een familie met vier kinderen. Bij manege Meulendijks kreeg ze les van Maria Meulendijks, de tante van Anne en Lotte Meulendijks. Van haar nichtjes Inge en Nicole van den Bosch, die vlakbij woonden, kon ze een eigen pony Jochie overnemen: “Ik ben Inge en Nicole nog steeds dankbaar want die hebben me enorm gestimuleerd. Maar al snel vond ik Jeroentje veel spannender, de pony van mijn broer. Ik denk dat ik in een half uur er wel drie keer afgevallen ben maar ik moest en zou erop rijden. Mijn twee zussen en mijn broer zijn niet verder gegaan. Mijn moeder had wel in de gaten dat ik echts iets met paarden had want als ze me kwijt was, zat ik in de stal verhalen te vertellen tegen mijn pony.” Toen Andrea acht was, verhuisde het gezin naar België. Er kwam een pas driejarige D-pony: “Tja, dat was achteraf gezien niet zo’n heel slimme zet, daar heb ik het op moeten leren. Ik heb die pony wel gereden tot het Z2, daarna hebben we ‘m verkocht. Toen ik een jaar of twaalf was, zochten we naar een betere pony. Mijn moeder kwam er al snel achter dat je wel een heel goede pony moest hebben om internationaal mee te kunnen rijden. Maar daar zaten prijskaartjes aan waar ze van achteroverviel. In Duitsland hebben we toen minstens vijftig pony’s uitgeprobeerd en uiteindelijk kochten we een pony die internationaal had gesprongen. De verkoper zei dat we ermee EK zouden kunnen rijden als we er anderhalf tot twee jaar tijd erin zouden steken. Dat was Condor, een dekhengst. De eerste wedstrijd, ik geloof in de M2, had ik 48%, toen was het EK wel heel ver weg. Condor hoorde ergens een bel en toen was hij de kluts kwijt: hij zocht naar hindernissen, daar kon ie zelf niks aan doen, maar ik heb op een verkeerde manier alle hoeken van de bak gezien. Maar ja, het zit in mijn karakter dat ik niet opgeef. Ik ben heel veel oefenwedstrijdjes gaan rijden en een paar maanden later zat ik in het Z2 en in de EK-selectie.” Het werden twee EK’s in Vejer de la Frontera en Hagen, met twee zilveren teammedailles en een 10e en 8e plaats individueel. Condor werd daarna verkocht naar Finland. [caption id="attachment_164058" align="alignnone" width="960"] Andrea Villaverde met Anyway[/caption] Inmiddels was ook Anyway op stal gekomen, een vijfjarige Alabaster: “Een moeilijk paard, een beetje bang, maar dat was ook de reden dat we ‘m hebben kunnen kopen. Een kant-en-klaar juniorenpaard gingen mijn ouders toch niet voor me kopen, dat wist ik wel. Met Anyway had ik echt een klik maar ik heb er heel veel kilometers mee moeten maken. Ik heb met hem geleerd om te verliezen, die verhalen over dat bang zijn hoorde ik natuurlijk ook pas later. Ik bleef maar inschrijven, soms had ie 56% maar hij kon ook internationaal winnen in Hagen. Achteraf gezien heb ik van hem zoveel geleerd, wat ik nu weet en kan, is zeker mede te danken aan Anyway. Ik heb met hem in het B-kader bij de junioren en young riders gereden en ook bij de senioren. Vooral in Nederland, dat kon omdat ik de Nederlandse en Spaanse nationaliteiten heb. Hij staat nu bij ons in de wei van z’n pensioen te genieten.” En toen, in 2000, won Andrea de hoofdprijs in het nieuwe Rabobank Talentenplan. Ze mocht een jaar lang les nemen bij Anky van Grunsven, die samen met Piet Raijmakers het Talentenplan vorm had gegeven: “Eigenlijk is het daar eigenlijk allemaal begonnen, een wereld ging voor me open. Ik mocht bij Anky twee paarden meenemen en in de schoolvakanties een paar dagen daar blijven. Een droom natuurlijk. Daarna heb ik bij Bartels gelest maar op een gegeven moment moet je toch verder, zeker als je in een periode niet direct een heel opvallend paard hebt. Ik kreeg het te druk met mijn eigen bedrijf, met les geven en paarden rijden voor eigenaren.” In de tussentijd maakte Andrea de opleiding in Deurne af en deed ze op uitnodiging van Marion Schreuder nog een jaar HBO: “Tja, toen ik praktijkexamen moest doen, had ik mijn voet gebroken. En toen ik het examen weer wilde doen, ging Deurne dicht, dus het praktijkgedeelte heb ik niet gehaald.” [caption id="attachment_164060" align="alignnone" width="1084"] De accommodatie in Poederlee[/caption] Zo’n negen jaar geleden verhuisde de familie naar de boerderij in Poederlee waar Andrea eindelijk de beschikking kreeg over een binnenbak met alles erop en eraan inclusief zeventien stallen: “Eigenlijk ben ik toen zeg maar ‘officieel’ in de paarden gegaan. Het was niet direct mijn bedoeling omdat het niet erg gemakkelijk is om in de paarden de kost te verdienen maar ik ben erin gerold. Ik moest me bezig gaan houden met de handel, jonge paarden aanrijden en verkopen net als ze een jaar of zes of zeven zijn en een beetje meedraaien. Bij elk paard dat bij me weg is gegaan, heb ik wel een traan moeten laten. Ik bouw een band op met mijn paarden. Kun je nagaan wat het met me doet als ik een paard moet laten inslapen, wat ook gebeurd is natuurlijk.” In 2016 volgde een enorme klap: Andrea viel van een jonge hengst en moest met een verbrijzelde ruggenwervel lang revalideren, inclusief drie maanden platliggen: “Toen was ik enorm onzeker. Zou dat wel goed komen? Hoe gaat het met m’n bedrijf? Trainingspaarden vielen weg. Gelukkig hebben heel veel mensen me geholpen. Mijn ouders, mijn vriend Filip, twee vriendinnen. Ik had flink wat maanden om na te denken. Een psycholoog die me begeleidde zei dat ik moest gaan schrijven, dat heb ik gedaan. Een soort van dagboek, inclusief alle emoties. Je moet weten dat ik alles zelf doe: uitmesten, verzorgen, voeren, poetsen, rijden, alles zelf. Ik vond het heel moeilijk om dat los te laten, perfectionist als ik ben. De paarden moeten dik in het stro staan, de dekens moeten recht liggen. Ik maak het voor mezelf niet altijd even gemakkelijk.” [caption id="attachment_164062" align="alignnone" width="623"] Andrea Villaverde met Cartier[/caption] De val heeft wel voor een ommekeer gezorgd in het leven van Andrea: “Ik ben bewust iets selectiever geworden maar ik kan nu weer met een gerust hart bouwen aan een mooie klantenkring om paarden te rijden. De focus is het afgelopen jaar iets meer op het lesgeven en begeleiden komen te liggen. Echt hartstikke leuk, het heeft zo moeten zijn, denk ik dan. Ik heb nu zo’n leuke klantenkring, dat doe ik met heel mijn hart en ziel. En als mijn leerlingen successen behalen, dat geeft net zo’n kick als dat ik ze zelf behaal. Ik organiseer nu ook trainingsweekenden. We hebben een paar stallen over en de accommodatie ervoor. En we fokken een paar veulentjes uit twee goede merries, veulens die we ook al goed hebben verkocht. In de sport heb ik Cartier, een Don Frederico X Gribaldi X Balzflug-merrie uit de stam van René Fransen.  Die rijd ik nu lichte toer, volgend jaar hopelijk Grand Prix, en helemaal zelf opgeleid. Voor mij is hij mijn once-in-a-lifetime horse.” Andrea Villaverde op Universal Horse Data Andrea Villaverde op Facebook Website
Ze was de eerste winnaar in het toen nieuwe Rabobank Talentenplan, waarmee een wereld openging voor Andrea Villaverde. Inmiddels heeft ze haar eigen dressuurstal in het Belgische Poederlee en rijdt ze internationaal voor Spanje. Tegenslagen heeft ze genoeg gehad met onder andere een gebroken rug maar terugkijkend zegt ze: “Ik heb geleerd met tegenslagen om te gaan, het is belangrijk dat ik optimistisch blijf!” Andrea, 31 nu, groeide op in het Brabantse Geldrop als dochter van een Spaanse vader en een Nederlandse moeder, Carla Zweegers, in een familie met vier kinderen. Bij manege Meulendijks kreeg ze les van Maria Meulendijks, de tante van Anne en Lotte Meulendijks. Van haar nichtjes Inge en Nicole van den Bosch, die vlakbij woonden, kon ze een eigen pony Jochie overnemen: “Ik ben Inge en Nicole nog steeds dankbaar want die hebben me enorm gestimuleerd. Maar al snel vond ik Jeroentje veel spannender, de pony van mijn broer. Ik denk dat ik in een half uur er wel drie keer afgevallen ben maar ik moest en zou erop rijden. Mijn twee zussen en mijn broer zijn niet verder gegaan. Mijn moeder had wel in de gaten dat ik echts iets met paarden had want als ze me kwijt was, zat ik in de stal verhalen te vertellen tegen mijn pony.” Toen Andrea acht was, verhuisde het gezin naar België. Er kwam een pas driejarige D-pony: “Tja, dat was achteraf gezien niet zo’n heel slimme zet, daar heb ik het op moeten leren. Ik heb die pony wel gereden tot het Z2, daarna hebben we ‘m verkocht. Toen ik een jaar of twaalf was, zochten we naar een betere pony. Mijn moeder kwam er al snel achter dat je wel een heel goede pony moest hebben om internationaal mee te kunnen rijden. Maar daar zaten prijskaartjes aan waar ze van achteroverviel. In Duitsland hebben we toen minstens vijftig pony’s uitgeprobeerd en uiteindelijk kochten we een pony die internationaal had gesprongen. De verkoper zei dat we ermee EK zouden kunnen rijden als we er anderhalf tot twee jaar tijd erin zouden steken. Dat was Condor, een dekhengst. De eerste wedstrijd, ik geloof in de M2, had ik 48%, toen was het EK wel heel ver weg. Condor hoorde ergens een bel en toen was hij de kluts kwijt: hij zocht naar hindernissen, daar kon ie zelf niks aan doen, maar ik heb op een verkeerde manier alle hoeken van de bak gezien. Maar ja, het zit in mijn karakter dat ik niet opgeef. Ik ben heel veel oefenwedstrijdjes gaan rijden en een paar maanden later zat ik in het Z2 en in de EK-selectie.” Het werden twee EK’s in Vejer de la Frontera en Hagen, met twee zilveren teammedailles en een 10e en 8e plaats individueel. Condor werd daarna verkocht naar Finland. [caption id="attachment_164058" align="alignnone" width="960"] Andrea Villaverde met Anyway[/caption] Inmiddels was ook Anyway op stal gekomen, een vijfjarige Alabaster: “Een moeilijk paard, een beetje bang, maar dat was ook de reden dat we ‘m hebben kunnen kopen. Een kant-en-klaar juniorenpaard gingen mijn ouders toch niet voor me kopen, dat wist ik wel. Met Anyway had ik echt een klik maar ik heb er heel veel kilometers mee moeten maken. Ik heb met hem geleerd om te verliezen, die verhalen over dat bang zijn hoorde ik natuurlijk ook pas later. Ik bleef maar inschrijven, soms had ie 56% maar hij kon ook internationaal winnen in Hagen. Achteraf gezien heb ik van hem zoveel geleerd, wat ik nu weet en kan, is zeker mede te danken aan Anyway. Ik heb met hem in het B-kader bij de junioren en young riders gereden en ook bij de senioren. Vooral in Nederland, dat kon omdat ik de Nederlandse en Spaanse nationaliteiten heb. Hij staat nu bij ons in de wei van z’n pensioen te genieten.” En toen, in 2000, won Andrea de hoofdprijs in het nieuwe Rabobank Talentenplan. Ze mocht een jaar lang les nemen bij Anky van Grunsven, die samen met Piet Raijmakers het Talentenplan vorm had gegeven: “Eigenlijk is het daar eigenlijk allemaal begonnen, een wereld ging voor me open. Ik mocht bij Anky twee paarden meenemen en in de schoolvakanties een paar dagen daar blijven. Een droom natuurlijk. Daarna heb ik bij Bartels gelest maar op een gegeven moment moet je toch verder, zeker als je in een periode niet direct een heel opvallend paard hebt. Ik kreeg het te druk met mijn eigen bedrijf, met les geven en paarden rijden voor eigenaren.” In de tussentijd maakte Andrea de opleiding in Deurne af en deed ze op uitnodiging van Marion Schreuder nog een jaar HBO: “Tja, toen ik praktijkexamen moest doen, had ik mijn voet gebroken. En toen ik het examen weer wilde doen, ging Deurne dicht, dus het praktijkgedeelte heb ik niet gehaald.” [caption id="attachment_164060" align="alignnone" width="1084"] De accommodatie in Poederlee[/caption] Zo’n negen jaar geleden verhuisde de familie naar de boerderij in Poederlee waar Andrea eindelijk de beschikking kreeg over een binnenbak met alles erop en eraan inclusief zeventien stallen: “Eigenlijk ben ik toen zeg maar ‘officieel’ in de paarden gegaan. Het was niet direct mijn bedoeling omdat het niet erg gemakkelijk is om in de paarden de kost te verdienen maar ik ben erin gerold. Ik moest me bezig gaan houden met de handel, jonge paarden aanrijden en verkopen net als ze een jaar of zes of zeven zijn en een beetje meedraaien. Bij elk paard dat bij me weg is gegaan, heb ik wel een traan moeten laten. Ik bouw een band op met mijn paarden. Kun je nagaan wat het met me doet als ik een paard moet laten inslapen, wat ook gebeurd is natuurlijk.” In 2016 volgde een enorme klap: Andrea viel van een jonge hengst en moest met een verbrijzelde ruggenwervel lang revalideren, inclusief drie maanden platliggen: “Toen was ik enorm onzeker. Zou dat wel goed komen? Hoe gaat het met m’n bedrijf? Trainingspaarden vielen weg. Gelukkig hebben heel veel mensen me geholpen. Mijn ouders, mijn vriend Filip, twee vriendinnen. Ik had flink wat maanden om na te denken. Een psycholoog die me begeleidde zei dat ik moest gaan schrijven, dat heb ik gedaan. Een soort van dagboek, inclusief alle emoties. Je moet weten dat ik alles zelf doe: uitmesten, verzorgen, voeren, poetsen, rijden, alles zelf. Ik vond het heel moeilijk om dat los te laten, perfectionist als ik ben. De paarden moeten dik in het stro staan, de dekens moeten recht liggen. Ik maak het voor mezelf niet altijd even gemakkelijk.” [caption id="attachment_164062" align="alignnone" width="623"] Andrea Villaverde met Cartier[/caption] De val heeft wel voor een ommekeer gezorgd in het leven van Andrea: “Ik ben bewust iets selectiever geworden maar ik kan nu weer met een gerust hart bouwen aan een mooie klantenkring om paarden te rijden. De focus is het afgelopen jaar iets meer op het lesgeven en begeleiden komen te liggen. Echt hartstikke leuk, het heeft zo moeten zijn, denk ik dan. Ik heb nu zo’n leuke klantenkring, dat doe ik met heel mijn hart en ziel. En als mijn leerlingen successen behalen, dat geeft net zo’n kick als dat ik ze zelf behaal. Ik organiseer nu ook trainingsweekenden. We hebben een paar stallen over en de accommodatie ervoor. En we fokken een paar veulentjes uit twee goede merries, veulens die we ook al goed hebben verkocht. In de sport heb ik Cartier, een Don Frederico X Gribaldi X Balzflug-merrie uit de stam van René Fransen.  Die rijd ik nu lichte toer, volgend jaar hopelijk Grand Prix, en helemaal zelf opgeleid. Voor mij is hij mijn once-in-a-lifetime horse.” Andrea Villaverde op Universal Horse Data Andrea Villaverde op Facebook Website
Vorige Lily Engelsman op Grand Prix podium bij Children in Fontainebleau Volgende Reacties na de LGCT Grand Prix in Madrid