De prijzen van stro stijgen harder dan ooit. Door tegenvallende oogsten en internationale marktdruk staan ondernemers in de hippische sector voor forse financiële uitdagingen. Wie nu geen maatregelen neemt, riskeert zijn marge en bedrijfscontinuïteit.
Het extreem natte najaar van 2023 heeft akkerbouwers flink parten gespeeld. Veel wintergraan kon niet worden gezaaid, en het areaal zomergraan bleef klein door slecht weer en lage graanprijzen. Hierdoor is het Nederlandse tarweareaal met 25% gekrompen tot onder de 100.000 hectare – een dieptepunt sinds 1957. Ook internationaal ziet de graanteelt een daling: de EU teelt het kleinste areaal zachte tarwe sinds 2007. (Bron: Nieuwe Oogst) Het gevolg? “Stro dat afgelopen zomer nog 145 euro per ton kostte, gaat nu al richting 200 euro per ton”, vertelt Stijn Derks.
Impact op hippische bedrijven
Patrick Marsman, accountmanager van de FNRS, geeft aan dat stro voor manegehouders, pension- en opfokstallen vaak een stevige kostenpost is. “Gemiddeld verbruikt een paard 12 kilogram stro per dag, wat nu neerkomt op een maandelijkse kostenstijging van ongeveer 20 euro per paard, exclusief btw. In een sector waar marges vaak al flinterdun zijn, is het doorvoeren van deze kosten richting klanten cruciaal om de bedrijfsvoering gezond te houden.
“Het is belangrijk om deze prijsstijging eerlijk door te berekenen aan je klanten,” adviseert Patrick van de FNRS. “Als ondernemers deze kosten zelf blijven dragen, kan dat de continuïteit van het bedrijf in gevaar brengen. Voor bedrijven die jaarlijks indexeren, wordt een prijsstijging van 3% tot 3,5% geadviseerd. Voor strogerelateerde kosten is daarbovenop een aparte verhoging noodzakelijk.”
Verhoogde btw op stro, voer en hooi
Patrick attendeert ondernemers er wel op om de verhoogde btw op stro, van 9% naar 21%, niet door te berekenen in het pensiontarief aan de klant. “Een ondernemer kan de btw op de inkoop namelijk terugvorderen. Aan de facturatiekant verandert er volgend jaar niets. Dan kan je de verdeling blijven maken 1/3 0% btw, 1/3e 9% btw en 1/3e 21% btw, wanneer er een binnen- en buitenbaan aanwezig is. Lees hier meer informatie daarover. Indien een ondernemer de stro-, voer- of hooiafname apart specificeert op de rekening richting de pensionklant, dan dient de verhoogde btw van 21% hier wel op toegepast te worden.”
Alternatieven en vooruitblik
Stijn geeft aan dat houtvezel als stalbedekking een alternatieve optie is. “Maar ook hier zijn prijzen gestegen. Bovendien brengt deze keuze logistieke en mestverwerkingsuitdagingen met zich mee.” Volgens Stijn is er nog wel stro beschikbaar, maar wordt dit vastgehouden. “Als het massaal op de markt komt, kan de prijs tijdelijk zakken, maar met een verwachte 30% minder stro blijft de druk hoog.
Voor ondernemers met opslagruimte en voldoende liquiditeit kan het lonen om voor de jaarwisseling wat meer stro in te slaan. De nieuwe oogst, waarvan het inzaaien goed verlopen is, kan vanaf juli 2025 enige verlichting bieden.”
Het extreem natte najaar van 2023 heeft akkerbouwers flink parten gespeeld. Veel wintergraan kon niet worden gezaaid, en het areaal zomergraan bleef klein door slecht weer en lage graanprijzen. Hierdoor is het Nederlandse tarweareaal met 25% gekrompen tot onder de 100.000 hectare – een dieptepunt sinds 1957. Ook internationaal ziet de graanteelt een daling: de EU teelt het kleinste areaal zachte tarwe sinds 2007. (Bron: Nieuwe Oogst) Het gevolg? “Stro dat afgelopen zomer nog 145 euro per ton kostte, gaat nu al richting 200 euro per ton”, vertelt Stijn Derks.
Impact op hippische bedrijven
Patrick Marsman, accountmanager van de FNRS, geeft aan dat stro voor manegehouders, pension- en opfokstallen vaak een stevige kostenpost is. “Gemiddeld verbruikt een paard 12 kilogram stro per dag, wat nu neerkomt op een maandelijkse kostenstijging van ongeveer 20 euro per paard, exclusief btw. In een sector waar marges vaak al flinterdun zijn, is het doorvoeren van deze kosten richting klanten cruciaal om de bedrijfsvoering gezond te houden.
“Het is belangrijk om deze prijsstijging eerlijk door te berekenen aan je klanten,” adviseert Patrick van de FNRS. “Als ondernemers deze kosten zelf blijven dragen, kan dat de continuïteit van het bedrijf in gevaar brengen. Voor bedrijven die jaarlijks indexeren, wordt een prijsstijging van 3% tot 3,5% geadviseerd. Voor strogerelateerde kosten is daarbovenop een aparte verhoging noodzakelijk.”
Verhoogde btw op stro, voer en hooi
Patrick attendeert ondernemers er wel op om de verhoogde btw op stro, van 9% naar 21%, niet door te berekenen in het pensiontarief aan de klant. “Een ondernemer kan de btw op de inkoop namelijk terugvorderen. Aan de facturatiekant verandert er volgend jaar niets. Dan kan je de verdeling blijven maken 1/3 0% btw, 1/3e 9% btw en 1/3e 21% btw, wanneer er een binnen- en buitenbaan aanwezig is. Lees hier meer informatie daarover. Indien een ondernemer de stro-, voer- of hooiafname apart specificeert op de rekening richting de pensionklant, dan dient de verhoogde btw van 21% hier wel op toegepast te worden.”
Alternatieven en vooruitblik
Stijn geeft aan dat houtvezel als stalbedekking een alternatieve optie is. “Maar ook hier zijn prijzen gestegen. Bovendien brengt deze keuze logistieke en mestverwerkingsuitdagingen met zich mee.” Volgens Stijn is er nog wel stro beschikbaar, maar wordt dit vastgehouden. “Als het massaal op de markt komt, kan de prijs tijdelijk zakken, maar met een verwachte 30% minder stro blijft de druk hoog.
Voor ondernemers met opslagruimte en voldoende liquiditeit kan het lonen om voor de jaarwisseling wat meer stro in te slaan. De nieuwe oogst, waarvan het inzaaien goed verlopen is, kan vanaf juli 2025 enige verlichting bieden.”