Zes erkende diergeneeskundige beroepen

Volgens de Wet dieren zijn er zes officieel erkende groepen diergeneeskundigen:

  1. Dierenartsen

  2. Dierenfysiotherapeuten

  3. Dierenartsassistenten-paraveterinairen

  4. Embryotransplanteurs/-winners

  5. Dierverloskundigen

  6. Casteurs

Voor al deze beroepen geldt een registratieplicht in het diergeneeskunderegister. Alleen geregistreerde professionals mogen diergeneeskundige handelingen uitvoeren.


Wat mag wie doen?

Dierenartsen

Dierenartsen hebben de breedste bevoegdheden: zij mogen alle diergeneeskundige handelingen uitvoeren, inclusief verdoving, operaties en het voorschrijven van medicijnen. Daarnaast zijn zij verantwoordelijk voor de begeleiding van andere diergeneeskundigen.

Paraveterinairen

Paraveterinairen mogen bepaalde handelingen uitvoeren, zoals het afnemen van bloed of het toepassen van specifieke geneesmiddelen, maar uitsluitend onder toezicht of op aanwijzing van een dierenarts.

Dierenfysiotherapeuten

Zij mogen therapieën uitvoeren zoals bewegingstherapie, massage, lasertherapie, hydrotherapie, elektrotherapie en dry needling, maar alleen na verwijzing door een dierenarts.

Embryotransplanteurs en -winners

Deze specialisten mogen embryo’s of eicellen winnen en overzetten, en bepaalde geneesmiddelen toedienen, maar altijd onder directe controle van een dierenarts.

Dierverloskundigen

Zij mogen bevallingen begeleiden en ingrepen doen die verband houden met de geboorte, mits zonder operatie of algehele verdoving. Een ruggenprik is wel toegestaan.

Met de nieuwe kaders wil de NVWA meer duidelijkheid en transparantie brengen binnen de veterinaire zorg. Voor dierenartsen en hun assistenten verandert er inhoudelijk weinig, maar voor onbevoegde behandelaars is de boodschap helder:
zonder registratie geen diergeneeskundige handelingen.