Hij won vier gouden medailles op de Olympische Spelen en heeft daarnaast een waslijst met overwinningen op het hoogste niveau. Tenslotte zet Ludger Beerbaum zich ook nog in voor de fokkerij. Maar wie is de persoon achter deze levende legende? Een Q&A!
1. Hoe was jouw eerste ervaring met het rijden?
"Mijn eerste ervaring met het rijden was op een ezel. Hij was zo lui dat ik hem niet vooruit kreeg."
2. Wanneer vond jouw internationale debuut plaats?
"Dat moet een indoor wedstrijd geweest zijn in 1980 in Hannover. Er vond toen een nationale wedstrijd plaats. Als je toen in de top drie eindigde, mocht je deelnemen aan de internationale wedstrijd daar. Zo heb ik mijn eerste internationale wedstrijd gereden, waar ik trouwens geklasseerd raakte."
3. Hoe voelt het om je land te vertegenwoordigen in een Nations Cup?
"Het geeft gewoon een fantastisch en belonend gevoel. Al moet ik zeggen dat na dertig jaar, het hele jaar lang wedstrijden te rijden, het niet meer zo uitzonderlijk voelt. Het is meer een routine geworden. Uiteraard zijn er nog steeds speciale momenten zoals de landenprijs in Aken."
4. Wat zijn eigenschappen waar een topruiter aan moet voldoen?
"Daar kan ik bijna geen antwoord op geven. Dat is voor iedereen anders. Als je kijkt naar Christian Ahlmann, dan zie je iemand die super koel blijft. Volgens mij klopt zijn hart nog niet sneller als hij de barrage moet rijden. Maar er zijn evengoed ruiters die dezelfde prestaties kunnen neerzetten en bijvoorbeeld veel nerveuzer zijn. Er zijn meerdere wegen die naar Rome leiden."
5. Welke eigenschappen maken van jou zelf een sterke ruiter?
"Ik ben vastberaden, ambitieus, competitief en ik geef niet op. Dat maakt van mij een sterke ruiter denk ik."
6. Als je een ander toppaard zou kunnen rijden, welk zou dat dan zijn?
"Ik zou altijd mijn eigen paarden kiezen. Als er een GP paard bij me op stal staat, dan ben ik ervan overtuigd dat die het beste bij me past. Anders zou die ook niet bij me op stal staan."
7. Wat is je mooiste herinnering?
"Individueel goud op de Olympische Spelen in Barcelona."
8. Als je geen ruiter was geweest, wat dan wel?
"Dan had ik waarschijnlijk veearts willen worden en voetbal gespeeld."