Mathilda Karlsson, Ahmad Sabre Hamcho en Ibrahim Bisharat hebben officieel een Olympische startplek veroverd voor hun landen Sri Lanka, Syrië en Jordanië, maar of ze ook werkelijk naar Tokio mogen is nog niet zeker.
Er heerst heel wat onenigheid over de kwalificatiepunten die ze hebben behaald. Karlsson won negen van haar vijftien meetellende resultaten voor haar plek op de Olympische ranglijst op CSI2*-wedstrijden in Villeneuve-Loubet, Zuid-Frankrijk. Waar er in de voorafgaande jaren in Villeneuve jaarlijks twee tot drie CSI’s werden gehouden, stonden er dit jaar twaalf op de kalender. Met minder ruiters aan de start was het ook met slechte resultaten mogelijk punten te verzamelen.
Hetzelfde fenomeen deed zich voor in Damascus. Voor Sabre Hamcho en Bisharat kwamen zeven en dertien van de vijftien resultaten die meetelden voor de ranglijst uit de toernooien in Damascus.
Omdat enkel de beste ruiters per groep in aanmerking komen voor de individuele plaatsen ontstaat er nu onenigheid over de legaliteit van deze selecties. Zeker omdat in het verleden, anno 2011 - 2012, hetzelfde stramien plaats vond, maar toen de bekomen resultaten werden geschrapt.
In een verklaring laat de International Jumping Riders Club (IJRC) weten: “We zijn ons bewust van de situatie die is ontstaan. We hebben veel klachten gehad dat het voor sommige ruiters te gemakkelijk werd gemaakt om de individuele startplaatsen van hun groep voor Tokio veilig te stellen.”
De IJRC is verantwoordelijk voor de formule van plaatsing voor de Olympische Spelen, maar de FEI is verantwoordelijk voor het goedkeuren en controleren van de voor selectie meetellende wedstrijden.
“De IJRC heeft de FEI opgeroepen om te controleren of er sprake is van Fair Play en om erop toe te zien dat de wedstrijden volgens de normen worden verreden. Dit om ook te waarborgen dat ruiters zich allemaal volgens gelijke maatstaven kunnen kwalificeren.”
bron: Persbericht/WoSJ