Het onderzoek onderzocht diverse vrouwen van verschillende leeftijdscategorieën gedurende maar liefst veertig jaar, zodat de gegevens zo objectief mogelijk waren. De vrouwen in kwestie werden verdeeld in twee groepen: Zij die al minstens vijf jaar lang paard hebben of ermee omgaan, en zij die niets met paarden te maken hebben. Vervolgens werden beide groepen gesplitst in leeftijdsgroepen van tien jaar.
De dames van 65 tot 75 jaar bleken vooral vrouwen met paarden te zijn. Op basis hiervan en diverse andere gegevens toonde het onderzoek dus aan dat 'paardenvrouwen' zo'n vijftien jaar ouder worden. Volgens het onderzoek komt dit door de regelmatige en intensieve lichaamsbeweging, meer buitenlucht en meer socialisatie. Zelf zeggen de paardeneigenaars ook dat paarden hun welbevinden verhogen. Ze zijn ook minder gevoelig voor hoge bloeddruk, diabetes en hart- en vaatziektes.
